Beroepsgeitenhouders pleiten voor snelle vaccinatie

Om te vermijden dat de Q-koorts ook in ons land uitgroeit tot een epidemie vraagt de beroepsvereniging van Vlaamse geitenhouders aan de overheid om snel de procedure tot toelating van vaccinatie op te starten en vaccins te bestellen. Boerenbond vraagt echter om de roep naar een verplichte vaccinatie met de nodige voorzichtigheid te behandelen.

"In tegenstelling tot Nederland zijn er bij ons nog geen positieve bedrijven. Dat willen we ook zo houden. Maar dan moet de overheid nu snel handelen, want binnen enkele maanden kan het te laat zijn", zegt woordvoerder Renaat Devreese van de Vlaamse Geitenhouders. Hij geeft wel toe dat de Vlaamse geitensector niet vergelijkbaar is met die in Nederland, waar de bedrijven gemiddeld meer dan duizend dieren tellen.

"Bedrijven van 4.000 tot zelfs 10.000 geiten zijn er geen uitzondering. Daarnaast is er een grote dichtheid van bedrijven in bepaalde streken. Dit werkt als een tijdbom voor ziekten als Q-koorts", zegt Devreese. Vlaanderen telt nauwelijks een veertigtal geitenboerderijen, met een gemiddelde bezetting van 300 à 400 dieren. Deze veebedrijven zijn bovendien wijdverspreid over het grondgebied.

"Toch zijn we niet zo naïef om te denken dat de ziekte hier niet kan uitbreken. Gezien de bacterie verspreid wordt via de lucht, is het een kwestie van tijd voor het zover is", waarschuwt de geitenboer van het Reigershof in Klemskerke. Devreese merkt op dat het in Nederland gebruikte vaccin “zeer goede resultaten” oplevert. Hij roept de overheden in ons land dan ook op om het licht op groen te zetten voor vaccinatie en om de nodige vaccins te voorzien.

Ook Boerenbond vraagt dat de overheid op korte termijn het vaccin tegen Q-koorts beschikbaar zou maken. "Als het nodig zou zijn, moet de sector de dieren op een korte tijdsspanne kunnen vaccineren", zegt Erik Mijten, adviseur diergeneeskunde. De organisatie benadrukt wel dat overhaaste beslissingen moeten vermeden worden. "Het vaccin alleen is niet zaligmakend. De noodzaak tot verplichte vaccinatie, alsook de verdere aanpak, moet wetenschappelijk onderbouwd worden".

"Vaccinatie vermindert weliswaar de uitscheiding van de kiem en het aantal verwerpingen, maar kan die niet volledig voorkomen", merkt Mijten op. "Bovendien is het gebruik van het vaccin bij drachtige geiten niet aangewezen. Na vaccinatie is ook het onderscheid tussen natuurlijk geïnfecteerde en gevaccineerde dieren niet meer te maken via het antistoffen-onderzoek. Advies van het wetenschappelijk comité van het Voedselagentschap is absoluut noodzakelijk".