Landelijke beweging stelt memorandum op met oog op 2014

Met het oog op de verkiezingen van 2014 werkt de landelijke beweging aan een gezamenlijk politiek memorandum. “Familiale landbouw en platteland, de vraag naar zekerheid en waardering, inzet op overleg en het voortdurend streven naar duurzame ontwikkeling vormen de krachtlijnen van dit memorandum, dat de titel 'het recht om te boeren' krijgt”, zei Piet Vanthemsche op de Nazomerontmoeting van Boerenbond.
4 oktober 2013  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 15:12
Lees meer over:

Met het oog op de verkiezingen van 2014 werkt de landelijke beweging aan een gezamenlijk politiek memorandum. “Familiale landbouw en platteland, de vraag naar zekerheid en waardering, inzet op overleg en het voortdurend streven naar duurzame ontwikkeling vormen de krachtlijnen van dit memorandum, dat de titel 'het recht om te boeren' krijgt”, zei Piet Vanthemsche op de Nazomerontmoeting van Boerenbond.

“Het jaar 2014 werd door de Verenigde Naties uitgeroepen tot het jaar van de familiale landbouw. Dat jaar is tevens een belangrijk momentum in onze democratie: er zijn verkiezingen op Vlaams, federaal en Europees niveau”, sprak Vanthemsche. “Wij zullen deze gelegenheid dan ook aangrijpen om te pleiten voor meer inkomenszekerheid en stabiliteit voor boeren, wereldwijd. Met een politiek memorandum zullen we aan alle beleidsverantwoordelijken uitdrukkelijk vragen om rekening te houden met de eigenheid van familiale landbouwbedrijven en van het landelijk gebied.”

In het memorandum pleit de landelijke beweging (Boerenbond, Landelijke Gilden, KVLV, KLJ en LRV) voor bestaanszekerheid en ontwikkelingskansen voor de land- en tuinbouw en voor het landelijk gebied. “Voor landbouwers begint bestaanszekerheid met de garantie op de toegang tot grond, voor een ganse loopbaan. De regionalisering van de pachtwet wordt een bijkomend beleidsinstrument voor de Vlaamse overheid”, aldus Vanthemsche.

De Boerenbondvoorzitter vraagt ook om een einde te maken aan de voortdurende onzekerheid over de bestemming van landbouwgrond. Hij dringt aan op een gebiedsgerichte en geïntegreerde aanpak gebaseerd op een sterke coördinatie. “Een sterk overlegmodel kan een alternatief zijn voor het huidige beleid waarbij elke administratie ongecoördineerd het eigen beleid over een gebied uitstrooit tot onze boeren door het bos de bomen niet meer zien”, klonk het.

Daarnaast pleit de landelijke beweging ook voor een rechtszeker kader voor de ontwikkeling van land- en tuinbouwbedrijven. “Dat gaat in de eerste plaats over vergunningenbeleid en de mate waarin omgevingsfactoren, zoals geur, impact op water, impact op biodiversiteit en erfgoed, een rol spelen. We rekenen er op dat de implementatie van de omgevingsvergunning zal leiden tot een echte vereenvoudiging en meer rechtszekerheid”, sprak Vanthemsche.

Boerenbond eist dat in het landbouwgebied het recht om te boeren, “the right to farm”, voorop staat, gekaderd binnen een gedifferentieerd beoordelingskader. Al wil de landbouworganisatie ook haar eigen verantwoordelijkheid opnemen. “Binnen het landbouwgebied moeten boeren natuurlijk ook voldoen aan een aantal maatschappelijke verwachtingen. We willen daarbij het heft in eigen hand nemen, bijvoorbeeld door de oprichting van agrobeheersgroepen voor natuurbeheer in landbouwgebied.”

Wat water- en natuurbeleid betreft, vraagt de landelijke beweging dat er een complete waterbalans voor Vlaanderen wordt opgemaakt en dat er een onderscheid wordt gemaakt tussen het statuut van natuur in natuurgebieden en het statuut van natuur buiten natuurgebieden. Daarnaast wordt er ook aandacht gevraagd voor voedselzekerheid en inkomenszekerheid. “De volgende regering zal de basis moeten leggen voor risicobeheersinstrumenten die voor stabiliteit zorgen voor familiale landbouwbedrijven in een volatiele omgeving”, aldus de Boerenbondvoorzitter.

Een tweede pijler in het memorandum draait rond waardering. “Waardering voor onze activiteit en onze producten uit zich in de eerste plaats in een correcte en faire prijsvorming. We zullen blijven samenwerken met de FOD Economie rond de goede werking van de agrovoedingsketen en faire marges. In het ketenoverleg zullen we blijven inzetten op het ontwikkelen van indicatoren die een signaalfunctie kunnen hebben in de markt”, zei Vanthemsche op de Nazomerontmoeting.

Waardering moet er ook zijn voor jonge starters. “Wereldwijd loopt het aantal boeren schrikbarend terug, ook bij ons. Jonge starters die hun toekomst willen bouwen op een land- of tuinbouwbedrijf, moeten gestimuleerd en geholpen worden. Samen met Groene Kring, KBC, SBB en het Instituut voor het Familiebedrijf zal Boerenbond werk maken van een Kenniscentrum voor Bedrijfsopvolging in de Land- en Tuinbouw. Ook aan de overheid vragen we om blijvend inspanningen te doen voor jonge land- en tuinbouwers.”

Tenslotte wil de landelijke beweging ook meer waardering voor het Vlaamse platteland dat heel zwaar onder druk staat in onze dichtbevolkte, verstedelijkte en geïndustrialiseerde regio. “Het initiatief van de minister-president tot de oprichting van het plattelandsfonds is voor ons een heel belangrijke eerste stap, maar het kan het onevenwicht tussen de financiering van steden en van plattelandsgemeenten nog onvoldoende wegwerken”, beweerde Vanthemsche.

Uit berekeningen van de studiedienst van Boerenbond blijkt dat een doorsnee centrumstad in Vlaanderen kan rekenen op 1.425 euro per inwoner, verworven uit het eigen belastingsvermogen en de middelen door de financiering vanuit Vlaanderen. Voor een doorsnee plattelandsgemeente is dat slechts 837 euro, zowat 60 procent van een centrumstad. “Centrumsteden hebben natuurlijk bijkomende functies, maar dat verklaart het verschil niet helemaal. Vanuit Landelijke Gilden pleiten wij dan ook voor een geleidelijke verruiming en groei van het Plattelandsfonds”, aldus nog Piet Vanthemsche.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek