Unizo gaat nauwer samenwerken met beroepsorganisaties

In een gesprek met enkele journalisten gaf afgevaardigd-bestuurder Kris Peeters maandag toelichting bij de vernieuwde aanpak van de beroepswerking binnen Unizo. Omdat sectoren alsmaar belangrijker worden, wil Unizo nieuwe samenwerkingsformules met de federaties uitproberen. Tot nog toe sloten al 62 beroepsorganisaties zich bij het initiatief aan.

Er werd een raad van KMO-beroepsorganisaties geïnstalleerd binnen Unizo. Die heeft het statuut van feitelijk samenwerkingsverband. Hij komt niet op het terrein van de individuele beroepsorganisaties maar zal hun werking ondersteunen en zonodig versterken.

De raad bestaat uit een plenaire vergadering die tweemaal per jaar samenkomt. Voorts zijn er een directiecomité, commissies en werkgroepen ad hoc.

Binnen de raad worden vijf sectoren gevormd met telkens een sectorverantwoordelijke vanuit Unizo. Het gaat om de sectoren distributie, industrie, electro-technische beroepen, agro-voeding en dienstverlenende beroepen.

In de sector industrie werden beroepsorganisaties gegroepeerd die actief zijn in arbeidsintensieve sectoren (hout, bouw, metaal, goederenvervoer, schoonmaakbedrijven en textielreiniging). Die bedrijven worden met een aantal specifieke problemen, zoals modaliteiten rond overuren, geconfronteerd.

In de distributie worden de groothandelaars en winkeliers verenigd. Door de schaalvergroting en sterke concurrentie is de winkelier aan een inhaalbeweging toe, luidt het. De eigenheid van de sector mag niet verloren gaan. Er zullen projecten worden opgezet vanuit Unizo. Zo is er onder meer sprake van een 'winkelraad'. Die zal zich over specifieke problemen buigen zoals de openingsuren, de nieuwe vestigingswet of de koppelverkoop.

Voedselveiligheid en milieuwetgeving zijn belangrijke aandachtspunten voor de agro-voeding. In deze sector zijn beroepsorganisaties uit de voedingsindustrie en landbouw-aanverwante bedrijven terug te vinden.