Wachtbekkens verkleinen overstromingsrisico Molenbeek
Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege zette deze week twee nieuwe wachtbekkens in werking die het overstromingsrisico in het valleigebied van de Molenbeek in Geraardsbergen en Lierde gevoelig verminderen. Dankzij een investering van 2,65 miljoen euro kan nu in totaal 365.000 m³ water opgehouden worden.
Het valleigebied van de Molenbeek omvat de gemeente Lierde en de Geraardsbergse deelgemeenten Ophasselt, Smeerebbe-Vloerzegem en Zandbergen, waar de beek in de Dender uitmondt. Deze streek had al vaker te maken met wateroverlast. Om de omwonenden beter te beschermen, werkte de VMM een totaalplan uit met drie gecontroleerde overstromingsgebieden (GOG’s).
Sinds de hevige waterellende van 2010 die ook het Denderbekken heeft getroffen, voorzag Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege al 25 miljoen euro extra om overstromingsschade in Vlaanderen in te perken. Samen met Europese subsidies (het WAVE-project) zorgden de Vlaamse middelen ervoor dat de VMM in deze Oost-Vlaamse regio al twee van drie nieuwe wachtbekkens bij eventuele volgende overstromingen kan inzetten.
Het totaalplan van de VMM voor de Molenbeekvallei omvat nog een derde wachtbekken. Het GOG Moenebroekbeek zal ter hoogte van de N42 nog eens 105.000 m³ kunnen ophouden. De VMM hoopt in het voorjaar van 2013 van start te gaan met de werken. “Door wachtbekkens te bouwen, maken we ruimte voor water en beperken we het overstromingsrisico. Door de tussentijdse afbakening van overstromingsgebieden kunnen de waterbeheerders bovendien versneld overstromingsgebieden realiseren met behoud van de rechtszekerheid voor de eigenaars”, zegt minister Schauvliege.
Op zijn beurt helpt de verbeterde en vereenvoudigde watertoets vergunningverleners en initiatiefnemers om te bepalen welke bouwplannen nog mogelijk zijn in overstromingsgevoelige gebieden. “En nu werken we aan een nieuw instrument”, kondigt Schauvliege aan. Het gaat om de informatieplicht voor vastgoedmakelaars, immobiliënkantoren en notarissen. “Ik wil immers dat potentiële kopers en huurders duidelijk weten of het bewuste onroerend goed al dan niet in overstromingsgevoelig gebied ligt”, aldus de minister.
