België moet 35 pct minder broeikasgassen uitstoten

Twee jaar geleden besliste Europa om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 40 procent te verminderen. De EU was met dat plan ook één van de drijvende krachten achter het klimaatakkoord van Parijs in december van vorig jaar. De Commissie heeft nu voor alle lidstaten bekendgemaakt welke inspanning ze precies verwacht. Voor België wordt de lat gelegd op een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen met 35 procent. Om te bepalen hoe dat moet gebeuren, moet er nu eerst een nieuw intra-Belgisch klimaatakkoord komen met een verdeelsleutel voor de drie gewesten.
20 juli 2016  – Laatste update 14 september 2020 14:36
Lees meer over:

Twee jaar geleden besliste Europa om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 40 procent te verminderen. De EU was met dat plan ook één van de drijvende krachten achter het klimaatakkoord van Parijs in december van vorig jaar. De Commissie heeft nu voor alle lidstaten bekendgemaakt welke inspanning ze precies verwacht. Voor België wordt de lat gelegd op een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen met 35 procent. Om te bepalen hoe dat moet gebeuren, moet er nu eerst een nieuw intra-Belgisch klimaatakkoord komen met een verdeelsleutel voor de drie gewesten.

Na de aankondiging van de nieuwe Europese klimaatdoelstellingen twee jaar geleden heeft de Commissie nu elke lidstaat een voorstel gedaan voor een specifieke doelstelling op lidstaatniveau. Bij de verdeling van het eerste klimaatplan, een reductie van de uitstoot met 20 procent tegen 2020, kregen Oost-Europese landen als Bulgarije en Roemenië nog de toelating 20 procent meer uit te stoten, om economisch bij te benen. De lat ligt nu voor iedereen weer wat hoger. Voor Bulgarije, het armste EU-land, volstaat een status quo. Polen, met zijn vele koolmijnen één van de moeilijkere Europese klimaatlanden, moet de uitstoot met 7 procent doen zakken.

Voor België luidt het verdict dat de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 35 procent naar beneden moet ten opzichte van de uitstoot in 2005. Negen lidstaten moeten procentueel gezien een grotere inspanning leveren. Zweden en Luxemburg spannen de kroon met een reductiedoelstelling van 40 procent. De nationale doelstellingen zijn berekend in functie van het bruto binnenlands product. Rijkere landen krijgen te maken met meer ambitieuze doelstellingen dan armere. Er is wel rekening gehouden met het feit dat de kostprijs relatief hoger is in sommige lidstaten dan in andere.

Er zijn daarnaast ook een aantal mechanismen ingebouwd die flexibiliteit mogelijk maken. De Commissie voorziet een aantal mechanismen om de inspanningen "kostenefficiënt" te maken. Zo kunnen België en acht andere landen profiteren van een mechanisme dat hen in staat stelt om een deel van de uitstoot in sectoren als landbouw en huisvesting af te dekken met uitstootrechten die normaal geveild hadden moeten worden. Ook kunnen ze kredieten opstrijken indien ze bossen en weilanden aanwenden om CO2 te absorberen. Ook wat de timing betreft is er de nodige flexibiliteit voorzien en bovendien kan een deel van de inspanningen aangekocht of verkocht worden aan een ander EU-land.

Het voorstel moet nog goedgekeurd worden door het Europees Parlement en de lidstaten. De Brexit dreigt dat debat nog moeilijker te maken dan het in het verleden al was. Hoewel de Britten de Unie willen verlaten, kregen ze nog een bindend streefcijfer mee. Het land is tot nader order volwaardig lid en moest een doelstelling krijgen, argumenteerde Europees klimaatcommissaris Canete. Het laat zich echter aanzien dat de Britse kwestie nog zal wegen op de discussie.

Voor België is het nu eerst aan de verschillende klimaatministers om een akkoord te vinden over de verdeling van de klimaatinspanningen. Een vergadering deze week daarover leverde geen resultaat op, en dus is er eind augustus een nieuwe vergadering gepland, zo laat het kabinet van federaal klimaatminister Marie-Christine Marghem weten. Begin december sloten de gewestregeringen en de federale regering na lang aanslepende onderhandelingen een akkoord over de verdeling van de klimaatinspanningen tot 2020.

"Vlaanderen zal - zoals dat altijd het geval is geweest - de internationale doelstellingen loyaal uitvoeren", zo reageert Vlaams minister Joke Schauvliege. "Wat Europa van ons vraagt, is bijzonder ambitieus en zal van iedereen inspanningen vergen. Tegelijk zijn klimaatinvesteringen cruciaal voor onze leefomgeving en goed voor de economie." Voor de Vlaamse regering is het volgens Schauvliege van belang dat het om een "billijke verdeling" gaat tussen de verschillende lidstaten en dat het "gelijk speelveld wordt gerespecteerd".

Schauvliege wijst er ook op dat Vlaanderen al volop bezig is met de uitvoering van de afspraken uit het klimaatakkoord van Parijs. "Vlaanderen bracht de concrete uitvoering van dit historisch akkoord reeds in gereedheid via de organisatie van klimaatrondetafels per beleidsdomein en via het nemen van concrete maatregelen, zoals het energiezuiniger maken van het Vlaamse - veelal verouderde - gebouwenpatrimonium, investeringen in een klimaatvriendelijk openbaar vervoer, het ondersteunen van de klimaatinspanningen van steden en gemeenten, enzovoort."

Volgens Ivo Belet, Europarlementslid voor CD&V, gaat het voor België om een "bijzonder scherpe doelstelling". "Dat objectief is enkel haalbaar als we vanaf vandaag de concrete inspanningen bepalen voor de betrokken sectoren", zo klinkt het. "We moeten concrete, kostenefficiënte maatregelen uittekenen om de doelstellingen te halen en vastleggen welke inspanningen de betrokken sectoren moeten doen. Tegen januari 2017 moet er een nieuw intra-Belgisch klimaatakkoord zijn, met een verdeelsleutel voor de drie gewesten. De lijdensweg, zoals bij het vorige intra-Belgische akkoord, is niet voor herhaling vatbaar."

Voor de Belgische milieuorganisaties is de doelstelling dan weer onvoldoende ambitieus. "In zijn geheel wil Europa de uitstoot van broeikasgassen met 30 procent verminderen", stelt Julie Vandenberghe van milieu-organisatie WWF vast. "Die doelstelling past niet in de internationale afspraken van Parijs om de klimaatopwarming te beperken tot 1,5 graden Celsius, maar ligt in lijn met een globale opwarming van maximaal 2,4 graden Celsius. Dat is ver boven de grens van een gevaarlijke klimaatverandering", stelt Vandenberghe.

"Ondanks die zwakke Europese ambitie blijft het deel van de doelstelling dat België moet realiseren een grote uitdaging voor België", zegt ook Jonathan Lambregs van Bond Beter Leefmilieu. Om die te realiseren, pleit de beweging voor het uitfaseren van stookolieketels en wagens met een verbrandingsmotor, alsook voor het promoten van plantaardige voeding. De beweging wijst er ook op dat de Belgische verdeling voor de Europese klimaatdoelstelling van 2020 nog altijd niet rond is. "Europa maar ook België lijken de klimaattop in Parijs alweer vergeten", zegt Joeri Thijs van Greenpeace. "Nochtans zijn er veel voordelen verbonden aan een ambitieus klimaatbeleid. Ons land zou een koploper kunnen zijn in plaats van achteraan te hinken". 

Bron: Belga/De Tijd/De Standaard

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek