Europa telt 5,4 miljoen pietluttig kleine boerderijen
Hoewel we het voortdurend hebben over de schaalvergroting en modernisering van de landbouw zijn er in de Europese Unie heel wat kleinschalige landbouwers, bijberoepers en hobbyboeren actief. Veel meer zelfs dan we denken want Eurostat meldt dat slecht één op de vijf landbouwbedrijven een standaard output heeft van 15.000 euro of meer. Deze categorie landbouwbedrijven, laten we hen de professionelen noemen, heeft 80 procent van het landbouwareaal in gebruik. In 2010 telde de EU 12,2 miljoen boerderijen, maar 44,6 procent daarvan lijkt de naam landbouwbedrijf niet waardig. Op jaarbasis realiseren ze niet eens een standaard output van 2.000 euro.
In de jongste landbouwpublicatie van Eurostat staat een hoofdstuk over de standaard output van landbouwbedrijven dat een heel ander licht werpt op het aantal landbouwers dat in de EU actief is. Veel boerderijtjes realiseren zo weinig omzet dat ze onmogelijk een leefbaar landbouwbedrijf kunnen zijn, ook niet voor Oost-Europeaan die met een lager loon genoegen neemt dan wij gewend zijn.
Van de 12,2 miljoen actieve boerderijen komt bijna bij de helft (44,6%) de standaard output (rekenformule die omzet benadert op basis van aantal hectare en dieren, nvdr.) niet boven de 2.000 euro uit. Slechts één op de vijf (19,1%) Europese landbouwbedrijven realiseert een standaard output van meer dan 15.000 euro. Een half miljoen euro of meer aan omzet realiseren, is maar weggelegd voor 0,7 procent van de landbouwers in de EU.
Op de meeste plaatsen groeit wel het aantal bedrijven met minstens 250.000 euro standaard output. Gemiddeld is dat in de EU maar 1,9 procent van alle landbouwbedrijven, maar hun aantal ligt vooral in ons land (21,6%), Nederland (30,4%) en Denemarken (20,4%) veel hoger. Tussen 2005 en 2010 is die groep grotere bedrijven het sterkst in aandeel in de totale landbouw gegroeid in Luxemburg, België, Nederland, Tsjechië en het Verenigd Koninkrijk.
