Europese begrotingsregels bemoeilijken boscompensatie

De historisch opgebouwde reserves van het Boscompensatiefonds kunnen niet zomaar versneld ingezet worden omwille van de Europese begrotingsregels. De ESR-regelgeving (Europees Systeem van Nationale en Regionale Rekeningen, nvdr) bepaalt immers dat wat op een jaar binnenkomt en in dat jaar wordt uitgegeven, niet negatief aandikt op de begroting. Maar als er geteerd wordt op de reserves van een fonds, dan moet dit negatief geboekt worden in de begroting. Dat bleek tijdens de debatten in de commissie Leefmilieu en Natuur.
28 oktober 2015  – Laatste update 4 april 2020 15:24
Lees meer over:

De historisch opgebouwde reserves van het Boscompensatiefonds kunnen niet zomaar versneld ingezet worden omwille van de Europese begrotingsregels. De ESR-regelgeving (Europees Systeem van Nationale en Regionale Rekeningen, nvdr) bepaalt immers dat wat op een jaar binnenkomt en in dat jaar wordt uitgegeven, niet negatief aandikt op de begroting. Maar als er geteerd wordt op de reserves van een fonds, dan moet dit negatief geboekt worden in de begroting. Dat bleek tijdens de debatten in de commissie Leefmilieu en Natuur.

Wat begon als een eenmansactie van komiek Wouter Deprez die zich verzette tegen de kap van een bos in Limburg is intussen uitgemond in een welles-nietes-spel rond het Vlaamse bosbeleid. In Vlaanderen hebben we zoiets als het Boscompensatiefonds waarin iedereen die een vergunning krijgt om bomen te kappen, geld moet storten voor het aanplanten van compensatiebos. Tenzij men zelf overgaat tot compensatie in natura. Sinds de oprichting in 2002 is er bijna elk jaar minder uitgegeven voor de aanplant van nieuwe bossen, dan er geld in het fonds werd gestort. Intussen heeft het Boscompensatiefonds een reserve opgebouwd van ongeveer acht miljoen euro.

Voor velen is het dan ook ondenkbaar dat Vlaanderen niet versneld werk maakt van de aanplanting van nieuwe bossen, maar dat lijkt in de praktijk iets moeilijker dan de theorie laat vermoeden. Binnen de Vlaamse regering is de afspraak gemaakt dat de inkomsten en uitgaven voor het Boscompensatiefonds, net zoals die van tal van andere fondsen in de Vlaamse begroting, in evenwicht moeten zijn. De Europese begrotingsregels bepalen echter dat als er geteerd wordt op de reserves van een fonds, dat er dan een negatief effect is en dat er dus ESR-matig een min moet geboekt worden in de begroting.

Om de reserves van het Boscompensatiefonds niet verder te laten aantikken, zijn er binnen de Vlaamse regering een aantal maatregelen genomen. Zo is in 2011 het fonds opengesteld voor gemeenten en provincies. Via projectoproepen kunnen zij bebossingsvoorstellen doen en als die aanvaard worden, krijgen zij daarvoor middelen uit het Boscompensatiefonds. Voordien kon enkel het Agentschap Natuur en Bos dat. Omdat lokale besturen die mogelijkheden nog te weinig aanwenden, is er in 2015 een nieuwe verruiming gekomen. Vanaf dit jaar kunnen ook vzw’s en particulieren voorstellen doen om middelen uit het fonds te krijgen.

Daarnaast heeft de Vlaamse regering ook beslist dat er meer moet worden ingezet op boscompensatie in natura. Voortaan moeten ontbossingen die groter zijn dan drie hectare in natura worden hersteld. De aanvrager moet dat doen binnen de twee jaar na de start van de uitvoering van de kapvergunning. Daarnaast werd ook de compensatiefactor verhoogd. Zo werd de compensatiefactor drie ingevoerd voor Europese boshabitat. Dat betekent dat voor de meest waardevolle bossen er dus een hogere vergoeding moet betaald worden.

Voor de oppositie volstond die uitleg niet. Ze pleit ervoor dat de Vlaamse regering de begrotingsafspraken herziet voor het Boscompensatiefonds. Van natuurminister Joke Schauvliege wordt verwacht dat zij deze herziening doorduwt.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek