"Handhaaf inkomenssteun naast plattelandsbeleid"

De Europese koepel van boerenorganisaties en landbouwcoöperaties, Copa-Cogeca, streeft naar een sterker en moderner maar geen grondig anders landbouwbeleid in de periode na 2020. Copa-voorzitter Martin Merrild zegt dat het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) in vele opzichten een succesverhaal is. De huidige structuur, met een pijler inkomenssteun aan landbouw en een pijler plattelandsbeleid, mag dan ook behouden blijven. Marge tot verbetering ziet hij vooral op vlak van vereenvoudiging van het beleid en marktinstrumenten waarmee een landbouwer beter opgewassen is tegen de grote prijsvolatiliteit.
2 mei 2017  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 15:34
Lees meer over:

De Europese koepel van boerenorganisaties en landbouwcoöperaties, Copa-Cogeca, streeft naar een sterker en moderner maar geen grondig anders landbouwbeleid in de periode na 2020. Copa-voorzitter Martin Merrild zegt dat het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) in vele opzichten een succesverhaal is. De huidige structuur, met een pijler inkomenssteun aan landbouw en een pijler plattelandsbeleid, mag dan ook behouden blijven. Marge tot verbetering ziet hij vooral op vlak van vereenvoudiging van het beleid en marktinstrumenten waarmee een landbouwer beter opgewassen is tegen de grote prijsvolatiliteit.

De positiepaper is Copa-Cogeca’s inbreng voor de publieksconsultatie door de Europese Commissie omtrent de toekomst van het gemeenschappelijk landbouwbeleid. Op negen pagina’s heeft de boerenkoepel neergepend wat de verwachtingen zijn ten aanzien van de beleidshervorming. Daarin staan geen wereldschokkende zaken omdat de meest representatieve belangenverdediger van de sector op EU-niveau best tevreden is met het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB).  “Voor minder dan één procent van de totale overheidsuitgaven in de EU laat het GLB boeren toe om consumenten te voorzien van een ruime keuze aan betaalbare voedingswaren”, aldus Copa-voorzitter Martin Merrild. Met een verwijzing naar een Eurobarometer-enquête voegt hij daaraan toe dat een meerderheid van de Europeanen hun steun uitspreken voor het landbouwbeleid.

Dat Europees landbouwbeleid in de toekomst overlaten aan de lidstaten, vindt Copa-Cogeca helemaal geen goed idee. De organisatie vreest dan voor concurrentievervalsing tussen de landbouwsectoren in verschillende lidstaten en voor het minder goed functioneren van de interne markt. Als het van de boerenkoepel afhangt, dan blijven de twee pijlers van het landbouwbeleid behouden voor de periode na 2020. De eerste pijler, inkomenssteun aan landbouw, is meer onderhevig aan kritiek dan het plattelandsbeleid. Er gaan stemmen op om die middelen anders aan te wenden maar landbouworganisaties verdedigen deze vorm van subsidieverstrekking omdat het landbouwinkomen hierdoor gestabiliseerd wordt.

Belangrijk is wel dat de betalingen naar actieve landbouwers gaan, vindt voorzitter Merrild. Voor geldtransfers van de eerste naar de tweede pijler is hij niet te vinden. De extra subsidies voor landbouwers die actief zijn in gebieden met ‘natuurlijke handicaps’, denk bijvoorbeeld aan de berggebieden, zijn volgens Copa-Cogeca nodig om te vermijden dat de landbouw er wegtrekt en de grond onbeheerd achterblijft. Gekoppelde steun kan voor Copa-Cogeca nog, maar het moet beperkt blijven tot de ondersteuning van bepaalde deelsectoren (vnl. veehouderij) in regio’s waar dat met andere beleidsinstrumenten niet even doeltreffend kan.

Een stokpaardje van Copa-Cogeca en bij uitbreiding van alle nationale landbouworganisaties is de broodnodige vereenvoudiging van het Europees landbouwbeleid. De complexiteit van bijvoorbeeld de vergroeningseisen is naar verluidt hinderlijk voor de innovatiecapaciteit van ondernemers en de efficiëntie van het beleid. “Momenteel ondermijnt de vergroening het productiepotentieel van de landbouw zodat de voorwaarden meer in lijn gebracht moeten worden met een normale landbouwbedrijfsvoering.” In een later stadium komt Copa-Cogeca met concrete voorstellen ter vereenvoudiging van de vergroening en de randvoorwaarden.

Ook de controle op het beleid moet eenvoudiger omdat het volgens de belangenverdediger tijd vreet, bureaucratisch en weinig efficiënt is. De bijbehorende sancties vindt Copa-Cogeca dikwijls niet in verhouding staan tot de inbreuk. Audits zouden vlotter kunnen verlopen als overheden nog meer de weg inslaan van digitalisering.

Verder tonen recente crisissen dat de huidige marktinstrumenten niet opgewassen zijn tegen de grote prijsvolatiliteit. Al hebben publieke interventie en EU-steun voor private opslag naar verluidt wel hun plek in het nieuwe beleid. Martin Merrild: “Landbouwers moeten ook nieuwe en meer performante marktmaatregelen ter beschikking hebben. En de termijnmarkten voor landbouwproducten dienen verder te worden ontwikkeld. Het moet landbouwers bovendien vrij staan om al dan niet gebruik te maken van zulke instrumenten.”

Het landbouwbeleid gaat over meer dan alleen landbouwinkomen en -markten. Merrild verwijst naar de vernieuwde Cork plattelandsverklaring. “Plattelandsbeleid gaat over het aantrekkelijk houden van de boerenstiel voor jonge mensen en over vermijden dat plattelandsbewoners wegtrekken naar de steden.” Cogeca-voorzitter Thomas Magnusson voegt daaraan toe dat de toegang tot infrastructuur en breedbandinternet op het platteland beter moet. Dat is van belang voor burgers maar ook voor boeren willen zij het fenomeen precisielandbouw niet aan hun neus zien voorbijgaan. Als voorzitter van de agrarische coöperaties in de EU voegt hij er nog aan toe dat beleidsmakers boeren moeten aanmoedigen om zich te verenigen opdat hen een groter deel van de consumentenprijs van voedingswaren zou toekomen.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek