Huisvesting kost gezin dubbel van jaarbudget voeding

De Belgen besteden gemiddeld bijna een kwart (24,4%) van hun uitgaven aan wonen plus elektriciteit, verwarming en water, zo blijkt uit cijfers van Eurostat. Dat is iets meer dan het gemiddelde van 24,1 procent in de Eurozone en evenveel als het EU-gemiddelde. De woonkosten gaan bijna overal in stijgende lijn. Na huisvesting wordt in Europa gemiddeld het meeste uitgegeven aan transport (13%), gevolgd door voeding en niet-alcoholische drank (12,3%).

Huisvesting is veruit de grootste uitgavenpost voor gezinnen, zo blijkt uit cijfers van Eurostat. In 2015 ging het om gemiddeld 24,4 procent van alle uitgaven in de Europese Unie. Tien jaar eerder was dat nog 22,5 procent, waarmee wonen ook meteen de sterkst stijgende uitgavenpost is voor een huishouden. In absolute cijfers geven gezinnen bijna 2.000 miljard euro uit of 13,4 procent van het bruto binnenlands product van de Europese Unie.

Het duurste land om te wonen is Denemarken, waar gezinnen gemiddeld 29,4 procent van al hun uitgaven aan huisvesting besteden. Op de tweede en derde plaats volgen respectievelijk Finland (28,2%) en Frankrijk (26,4%). België staat op de negende plaats, met 24,4 procent. In 2005 ging het om 23,5 procent - toen ook goed voor een negende plaats voor ons land.

Behalve aan huisvesting gaat het gezinsbudget op aan transportkosten (13%), voeding en niet-alcoholische drank (12,3%), diverse diensten en goederen waaronder verzekeringen en lichaamsverzorging (11,5%), vrijetijdsbesteding en cultuur (8,5%) en uitgaven in de horeca (8,5%). Daarmee zijn de grote slokkoppen van de gezinsuitgaven benoemd.