ILVO anticipeert op de gevreesde plantenziekte Xylella

Xylella fastidiosa is een gekende plantenbelager op het Amerikaanse continent maar won in Europa pas aan bekendheid in 2013. De bacterie hield zo lelijk huis in de Zuid-Italiaanse olijfboomgaarden dat de plantenziekte binnen de kortste keren berucht werd. Ondertussen heeft ook Corsica ervan en zijn er enkele vaststellingen langsheen de Côte d’Azur zodat er verregaande restricties vanuit Europa kwamen om een verdere verspreiding tegen te gaan. “Het meest voorspelbare aan Xylella is dat de bacterie zo onvoorspelbaar is. Er zijn immers verschillende varianten die op hun eigen manier in de planten huishouden”, legt ILVO-onderzoeker Johan Van Vaerenbergh uit waarom de zenuwen strak gespannen staan.
7 juni 2016  – Laatste update 14 september 2020 14:35
Lees meer over:

Xylella fastidiosa is een gekende plantenbelager op het Amerikaanse continent maar won in Europa pas aan bekendheid in 2013. De bacterie hield zo lelijk huis in de Zuid-Italiaanse olijfboomgaarden dat de plantenziekte binnen de kortste keren berucht werd. Ondertussen heeft ook Corsica ervan en zijn er enkele vaststellingen langsheen de Côte d’Azur zodat er verregaande restricties vanuit Europa kwamen om een verdere verspreiding tegen te gaan. “Het meest voorspelbare aan Xylella is dat de bacterie zo onvoorspelbaar is. Er zijn immers verschillende varianten die op hun eigen manier in de planten huishouden”, legt ILVO-onderzoeker Johan Van Vaerenbergh uit waarom de zenuwen strak gespannen staan.

Voor bacteriespecialisten zoals Johan Van Vaerenbergh (ILVO) zijn het spannende tijden. De ontdekking van Xylella op Europese bodem was in oktober 2013 groot fytosanitair nieuws. Deze bacterie bleek de boosdoener te zijn voor het wegkwijnen van olijfbomen in het zuiden van Italië. Op het Franse eiland Corsica en aan de Azurenkust zijn vooral Polygala myrtifolia struiken in het natuurlijk en stedelijk landschap aangetast. De bacterie is wellicht met latent besmette sierplanten vanuit Amerika op het Europese continent is geraakt. Vooral koffieplanten worden met de vinger gewezen. De Xylella in Zuid-Italië en deze op Corsica en aan de Azurenkust zijn verschillend, wat doet vermoeden dat de bacterie in het verleden al meermaals voet op Europese bodem heeft gezet maar onder de radar is gebleven.

Een vaststelling van Xylella fastidiosa kan grote gevolgen hebben voor plantentelers en voor privaat of openbaar groen : alle waardplanten binnen 100 meter van de besmetting worden vernietigd. Om de besmette zone wordt dan een bufferzone ingesteld van 10 kilometer. Gedurende een periode van vijf jaar is er dan geen verkeer van waardplanten binnen en vanuit de bufferzone toegestaan. Waardplanten zijn alle plantensoorten waarin de bacterie kan worden vastgesteld – meer dan 300 soorten uit meer dan 60 botanische families! – en de 100 meter is zowat de actieradius van de dwergcicade die de ziekte verspreidt. Dwergcicaden zijn insecten waarvan de larven in de volksmond bekend staan als ‘schuimbeestjes’.

Voor de tuinbouw en sierteelt in eigen land heeft Van Vaerenbergh tweemaal goed nieuws. Ten eerste is Xylella nog nergens aangetroffen. “Er wordt door het Voedselagentschap volop gespeurd naar verdachte planten maar de analyse van de monsters heeft tot dusver geen positief resultaat opgeleverd. Het risico op een vaststelling bestaat natuurlijk wel als de bacterie in exotische sierplanten wordt binnengesleept ”, waarschuwt Van Vaerenbergh, groepsleider Bacteriologie op het Diagnosecentrum voor Planten (de ‘Plantenkliniek’ van ILVO). De invoerbeperkingen zijn dan wel drastisch aangescherpt maar dat is volgens de ILVO-onderzoeker geen reden om rustig achterover te leunen. Boomkwekerijen en tuincentra lopen het grootste risico.

Tweede positief feit is dat het Belgische weertje lang niet zo geschikt voor Xylella. Volgens simulaties loopt de noordergrens van de Xylella hot spots van het noorden van Portugal en centraal Spanje over Madrid en de Balearen naar Corsica en de Tyrrheense kust ten zuiden van Rome, het zuiden van Italië, de kustgebieden van Montenegro en Albanië, het zuiden van Griekenland boven Delphi en Athene en het noorden van Turkije. Er zijn ook enkele hotspots aan de Azurenkust. Noord-Afrika en het Nabije Oosten zijn al helemaal geschikt voor de installatie van de bacterie. In principe hebben we in onze contreien dus weinig te vrezen door de winters die de plantengroei, en ook de bacterie, stilleggen en die nadelig zijn voor de overleving van de vectorinsecten.

Misschien is zo'n lokale aantasting al een feit geweest maar weten we het niet omdat de ziekte zich manifesteert als een vrij banaal uitziende verdroging. “Op Corsica zijn nu al 21 aangetaste plantensoorten gevonden ; mediterrane struiken en planten zoals lavendel maar ook esdoorn”, weet de bacteriespecialist van ILVO. Frankrijk krijgt klamme handen bij de gedachte dat Xylella zou overslaan op de lavendelteelt in de Provence. Dat beseften de Europese instellingen ook zodat er vanuit Brussel noodmaatregelen werden uitgevaardigd om de verspreiding van Xylella te stoppen. Maatregelen die erg ingrijpend zijn. “Op het eiland Corsica hebben meer dan 500 vaststellingen het natuurlijk landschap verminkt en de helft van het eiland is bufferzone”, aldus Van Vaerenbergh.

Om niet voor verrassingen geplaatst te worden, wordt op ILVO het voorkomen van Xylella nagegaan in houtachtige planten die courant in het land aanwezig zijn. De enige met zekerheid geïnfecteerde planten in ons land bevinden zich dus goed en wel in bioveilige onderzoeksserres. Het onderzoek wordt gefinancierd door de fytosanitaire dienst van de federale overheid. De komende maanden zal duidelijk worden hoe Xylella zich in onze contreien kan manifesteren. De keuze viel in eerste instantie op wilg, pruimelaar en wintereik om de bacterie kunstmatig in te brengen maar ook wijndruivelaars worden besmet vanwege hun gevoeligheid voor Xylella, iets wat de wijnboeren in Californië aan den lijve ondervonden hebben in de jaren '90. Het is tevens de vinger aan de pols houden voor de wijnbouw die zich volop ontwikkelt in eigen land. Later zou het onderzoek worden uitgebreid naar loofbomen zoals zwarte els, beuk, populier, linde en esdoorn en struiken die sterk aanwezig zijn in de natuurlijke begroeiing zoals vlinderstruik en vlier.

Beeld: AVBS

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek