Kempense veeboeren vragen minder milieuvergunningen aan

Vorig jaar was meer dan één op de vier milieuvergunningsaanvragen in de provincie Antwerpen afkomstig van veehouders. Het aantal aanvragen (116) ten behoeve van veebedrijven is beduidend lager in vergelijking met voorgaande jaren. In de twee voorgaande jaren waren er 138 en 134 aanvragen, in 2012 zelfs 182. Grote projecten in de varkens-, pluimvee- of kalverhouderij, waarvoor een milieueffectenrapport nodig is, kwamen in 2015 nauwelijks voor. De terugval in ondernemerszin in de veehouderij heeft volgens de provincie deels te maken met de onduidelijkheid die er heerst omtrent de Europese natuurdoelstellingen en de daaraan gekoppelde reductie van de ammoniakemissie uit stallen.
5 augustus 2016  – Laatste update 4 april 2020 15:29

Vorig jaar was meer dan één op de vier milieuvergunningsaanvragen in de provincie Antwerpen afkomstig van veehouders. Het aantal aanvragen (116) ten behoeve van veebedrijven is beduidend lager in vergelijking met voorgaande jaren. In de twee voorgaande jaren waren er 138 en 134 aanvragen, in 2012 zelfs 182. Grote projecten in de varkens-, pluimvee- of kalverhouderij, waarvoor een milieueffectenrapport nodig is, kwamen in 2015 nauwelijks voor. De terugval in ondernemerszin in de veehouderij heeft volgens de provincie deels te maken met de onduidelijkheid die er heerst omtrent de Europese natuurdoelstellingen en de daaraan gekoppelde reductie van de ammoniakemissie uit stallen.

Bij het verlenen van een milieuvergunning is het zoeken naar een goed uitgebalanceerd evenwicht tussen milieu en economie, tussen burgers en bedrijven. “De provincie is in dit proces de motor, de spelverdeler”, zegt gedeputeerde van Leefmilieu Rik Röttger. “We vervullen een bemiddelende rol om alle deskundigen en betrokken partijen bijeen te brengen, om maximaal alle beschikbare kennis in te zetten en op die manier via overleg te komen tot een gedragen beslissing.” Specifiek voor de provincie Antwerpen is dat een grote uitdaging omdat er heel wat nijverheid is en bovendien is die divers van aard en omvang. In het jaarrapport milieuvergunningen wordt verwezen naar de vele grote industriële bedrijven, die zowel in als buiten het havengebied zijn gevestigd. In de Kempen is vooral de landbouwsector sterk vertegenwoordigd.

De milieuvergunning is niet enkel bedoeld voor grote industriële bedrijven want veebedrijven zijn verantwoordelijk voor 29 procent van alle aanvragen. In 2015 nam de deputatie voor 398 milieuvergunningsaanvragen een beslissing in eerste aanleg. Over precies honderd aanvragen van veehouders werd vorig jaar beslist, daarnaast werd er ook een beslissing genomen in 18 dossiers van tuinbouwbedrijven De provincie spreekt zich enkel uit over vergunningsaanvragen voor de meest hinderlijke activiteiten. Voor landbouw zijn dat de aanvragen voor de uitbating van grotere veebedrijven van milieuvergunningsklasse 1 en grote glastuinbouwbedrijven. Over de milieuvergunningsaanvragen van andere landbouwbedrijven oordelen de gemeenten. Enkel in beroep komen die bij de deputatie terecht.

De veehouderij in de provincie Antwerpen wordt getypeerd door de grotere omvang van de bedrijven in vergelijking met de rest van Vlaanderen. Daardoor deed de problematiek IHD/PAS zich er sterk voelen in de vergunningverlening. In 2014 werden de doelen voor de Europees beschermde natuurgebieden vastgelegd en werd de basis gelegd voor de opmaak van een programmatische aanpak stikstof (PAS). Hiermee ging de implementatie van de natuurdoelen op het terrein van start. “Deze gewijzigde beleidscontext had een impact op de vergunningsverlening”, aldus de provincie, “en vraagt een probleemoplossende houding van alle betrokken partijen.” Niet alleen verminderde het aantal milieuvergunningsaanvragen door veehouders, ook waren er minder grootschalige projecten dan voorgaande jaren. Op het niveau van besliste aanvragen waren er in 2015 vijf vergunningsaanvragen die gepaard gingen met een milieueffectenrapport en 18 aanvragen van veebedrijven die onder de richtlijn industriële emissies vielen.

De Antwerpse Kempen worden gekenmerkt door schrale zandgronden. Van landbouwzijde wordt er ingezet op (intensieve) veeteelt omdat de bodem minder geschikt is voor het telen van gewassen. Van natuurzijde wordt er ingezet op verdere verschraling, bijvoorbeeld voor het herstel van heide. Om beiden te verzoenen in het licht van de Europese natuurdoelstellingen werden zoekzones afgebakend voor de speciale beschermingszones waar nog ontwikkeling van natuur nodig is. Tegelijk wordt er gewerkt aan een aanpak om de stikstofneerslag in natuurgebied te verminderen, wat specifiek voor de landbouw neerkomt op het beperken van de ammoniakemissie uit stallen. Ondertussen is er een lijst van maatregelen waarmee een veebedrijf de emissie kan beperken.

In de vergunningverlening ervaarde de deputatie veel onzekerheden: de zoekzones werden (met opzet) te ruim afgebakend, de lijst met emissiereducerende maatregelen is in evolutie, de significante bronnen van emissie zijn onvoldoende in kaart gebracht, enz. Voor de vergunningverlenende overheid is dat allesbehalve evident: “Het hiaat aan kennis van milderende technologieën maakt dat met de huidige kennis dossiermatig en op basis van voortschrijdend inzicht gezocht wordt naar een evenwicht tussen economie en ecologie. Ook hier neemt de provincie de rol op om in overleg met alle betrokken partijen dossier per dossier te zoeken naar een gedragen beslissing. Een juridisch robuuste vergunning afleveren, is in die context niet altijd eenvoudig.”

De provincie beschikt over twee proefbedrijven, allebei in Geel gevestigd. Het ene doet praktijkonderzoek ten behoeve van de melkveehouderij, het andere voor de pluimveehouderij. Gelet op de ammoniakuitdaging zijn beide proefbedrijven bereid kennis, ervaring en expertise op te bouwen en te delen met de sector. Zo wordt de Hooibeekhoeve ingeschakeld voor het uittesten van nieuwe technieken zoals emissiearme stalvoeren voor rundvee. Het proefbedrijf Pluimveehouderij bouwde twee nieuwe pluimveestallen met emissietorens die kunnen ingezet worden voor het doormeten van emissies.

Als het van de provincie afhangt, dan wordt beter vandaag dan morgen duidelijk waar men binnen een speciale beschermingszone (SBZ) effectief gaat inzetten op het ontwikkelen van robuuste natuur en wegwerken van de zoekzones volgens het principe van ‘de sterkste schouders eerst’. Het jaarverslag zet nog eens in de verf hoe belangrijk gespecialiseerd onderzoek is naar staltechnieken die ammoniakemissies in de veehouderij reduceren. En hoe hard het nodig is om beschikbare expertise te delen en krachten te bundelen zodat er snel resultaten op tafel liggen. “Snel duidelijkheid krijgen is cruciaal voor het scheppen van rechtszekerheid en het waarborgen van een goed ondernemersklimaat.”

Meer info: Jaarrapport milieuvergunningen provincie Antwerpen

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek