Kris Peeters werkt zich in het zweet op tomatenbedrijf

Een hele zomer lang trokken Vlaamse en federale politici, zowel parlementsleden als ministers, naar land- en tuinbouwbedrijven om praktijkervaring op te doen. Door zelf een dagje mee te draaien op de bedrijfsvloer leren ze hoe landbouwbedrijven functioneren, en wat hun uitdagingen zijn. Voor de laatste zomerstage was minister van Werk, Economie en Consumentenzaken Kris Peeters te gast op een Antwerps tomatenbedrijf. De familie Mols-Verdonck liet de minister tomaten plukken en sorteren. “Een aanrader”, aldus Peeters, “voor elke liefhebber van tomaten opdat je zou weten welke inspanning voorafgaat aan de tomaat op je bord.” Elke vierkante meter in de serre brengt op jaarbasis 65 kilo tomaten op zodat de arbeidsbehoefte op het bedrijf en in de glastuinbouw in het algemeen groot is.
18 september 2018  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 15:43
Lees meer over:

Een hele zomer lang trokken Vlaamse en federale politici, zowel parlementsleden als ministers, naar land- en tuinbouwbedrijven om praktijkervaring op te doen. Door zelf een dagje mee te draaien op de bedrijfsvloer leren ze hoe landbouwbedrijven functioneren, en wat hun uitdagingen zijn. Voor de laatste zomerstage was minister van Werk, Economie en Consumentenzaken Kris Peeters te gast op een Antwerps tomatenbedrijf. De familie Mols-Verdonck liet de minister tomaten plukken en sorteren. “Een aanrader”, aldus Peeters, “voor elke liefhebber van tomaten opdat je zou weten welke inspanning voorafgaat aan de tomaat op je bord.” Elke vierkante meter in de serre brengt op jaarbasis 65 kilo tomaten op zodat de arbeidsbehoefte op het bedrijf en in de glastuinbouw in het algemeen groot is.

Over partijgrenzen heen bood Boerenbond politici deze zomer de kans om een dagje mee te werken op land- en tuinbouwbedrijven. Bij de deelnemers waren – uiteraard – Vlaams landbouwminister Joke Schauvliege en parlementsleden uit de commissie Landbouw. Bijzonder is dat ook beleidsmakers die veel minder vaak, of omzeggens nooit, met landbouwdossiers in aanraking komen deze kans niet aan zich voorbij lieten gaan. Zo maakte federaal minister van Justitie Koen Geens kennis met fruitteelt op het bedrijf Vanhellemont in Meensel-Kiezegem en deed staatssecretaris Zuhal Demir hetzelfde maar dan op een fruitbedrijf in Limburg. Vlaams minister Hilde Crevits schoof haar onderwijsdossiers even aan de kant om tijd te maken voor een werkbezoek aan een West-Vlaams melkveebedrijf. Andere ministers die de handen uit de mouwen staken, zijn Philippe Muyters, Geert Bourgeois, Alexander De Croo en Jo Vandeurzen. Een fotoverslag van hun boerderijbeleving vind je hier.

Met het bezoek van federaal minister Kris Peeters aan een tomatenbedrijf in Broechem (provincie Antwerpen) komt er een einde aan de lange reeks van zomerstages. Peeters was van 2007 tot en met 2014 Vlaams minister-president, en combineerde dat met de ministerportefeuille voor landbouw en plattelandszaken. Hij is dus vertrouwd met de sector, maar wil als federaal minister met andere bevoegdheden de voeling met het bedrijfsleven niet verliezen. Bovendien houdt zijn ambitie om na zijn carrière landbouwer-filosoof te worden na al die jaren nog altijd stand. Voorlopig beperken de landbouwactiviteiten van Kris Peeters zich tot een grote voorliefde voor paarden, een interesse die hij deelt met het gezin Mols-Verdonck.

Jef Mols en echtgenote Christel Verdonck telen tomaten sinds 1989. Stapsgewijs is hun bedrijf gegroeid naar de 2,5 hectare die het nu groot is. Zij weten zich verzekerd van een opvolger zodat er recent opnieuw geïnvesteerd werd in een uitbreiding naar 6 hectare. In 2014 werd een naastliggend perceel gekocht en drie jaar later volgde de vergunning voor de nieuwe serre. “De gemeente Ranst heeft een hart voor tuinbouw”, klinkt het tevreden. Al waren er ook onprettige verrassingen, zoals de hoge kostprijs (25.000 euro!) van het archeologisch vooronderzoek. “Gelukkig hebben de archeologen niets gevonden in de ondergrond. Anders had ons bouwproject een jaar of vijf vertraging opgelopen”, zegt Jef Mols.

Het ruime toepassingsveld van het archeologisch vooronderzoek is een doorn in het oog van Boerenbondvoorzitter Sonja De Becker want, zo legt ze uit, “bij de bouw van een serre blijft de ondergrond onaangeroerd zodat een vooronderzoek weggesmeten tijd en geld is. Dat is het overigens in 98 procent van de gevallen. Een bouwpromotor rekent de kost van het onderzoek door in de prijs van huizen en appartementen, maar in de prijs van tomaten zie je daar niets van terug.” Door het Onroerend erfgoeddecreet van 12 juli 2013 werd het archeologisch vooronderzoek voor veel vergunningsaanvragen verplicht gemaakt zodat erkende archeologen overal zijn beginnen spitten in de ondergrond. Nu een evaluatie zich opdringt, hoopt De Becker dat de Vlaamse overheid wil inzien dat archeologen gerichter moeten zoeken naar waardevolle sites. Begrip is er alvast bij (federaal) minister Peeters: “Het zijn grote kosten die je als bouwheer maakt terwijl je nog niet eens weet of je een vergunning gaat bekomen.”

De familie Mols-Verdonck heeft de 25.000 euro voor het onderzoek opgehoest, maar kan nu wel uitkijken naar de eerste aanplanting van tomaten in de nieuwbouw. Nog voor de jaarwisseling is het zover. “We blijven ons specialiseren in vleestomaten”, vertelt zoon Jan Mols. “De teelt hebben we helemaal in de vingers en we zijn uitgerust met een automatische sorteermachine.” Het meeste handwerk komt nog kijken bij het snoeien en opbinden van de tomatenplanten en bij het plukken. Minister Peeters kreeg een plukkar en een korte uitleg, waarna hij zelf de rood kleurende tomaten in twee rijen mocht uitzoeken. Werkervaring krijg je niet cadeau ervoer hij al snel. Zowel de temperatuur in de serre als het steeltje dat soms verkoos om aan de plant te blijven hangen, vormden een uitdaging.

Nadat Kris Peeters zich – letterlijk – in het zweet had gewerkt, informeerde hij naar het reilen en zeilen in de glastuinbouw. Na de productiepieken en bijbehorend lage prijzen deze zomer heeft de tomatenprijs zich nu herpakt. Dat komt vooral omdat de productie uit belichte serres pas volgende maand weer opstart en het aanbod nu tijdelijk kleiner is. Om een idee te geven van de productievolumes: op een vierkante meter serre in Broechem groeit er 65 kilo aan vleestomaten. De totale oppervlakte bedraagt 25.000 m² en binnenkort komt daar nog eens 35.000 m² bij. Om al die tomaten te oogsten, doet de familie beroep op vijf vaste medewerkers en tot tien seizoenarbeiders. Een vaardige plukker oogst ieder uur 450 à 500 kilo tomaten. Eens gesorteerd vertrekken de tomaten richting BelOrta, waarna ze op de veilingvloer een afnemer vinden.

“Ik heb veel respect voor de mensen die zorgen dat er eten op ons bord ligt nu ik zelf merk dat er hard gewerkt moet worden aan tomaten”, zegt minister Peeters. Het jaar rond zorgt de familie Mols-Verdonck daarvoor met de hulp van medewerkers met verschillende nationaliteiten. “De seizoenarbeiders zijn afkomstig uit onder meer Roemenië, Afghanistan en Nigeria. Ze mogen hier 65 dagen werken als seizoenarbeider”, legt Jan Mols uit. Aangezien de productiepiek duurt van mei tot en met augustus is 65 dagen aan de krappe kant als maximale arbeidsduur voor een seizoenarbeider. “Of we moeten na het volmaken van de 65 dagen op zoek naar iemand anders, of we bieden een goede medewerker een tijdelijk contract aan”, vervolgt Mols. Het zou voor tomatentelers en andere tuinders een welgekomen hulp zijn indien seizoenarbeiders geen 65 maar 100 dagen mogen bijspringen om de arbeidspieken op te vangen, zoals in de witloof- en champignonteelt. Eerder deze maand legden fruittelers die vraag voor aan federaal landbouwminister Denis Ducarme.

Net zoals zijn collega Ducarme toont Kris Peeters zich bereid om die vraag vanuit de (glas)tuinbouw en fruitteelt voor te leggen aan de partners van het sociaal overleg (vakbonden en werkgeversorganisaties, nvdr.). Een 100-dagenregeling voor seizoenarbeiders maakte geen deel uit van het plan voor eerlijke concurrentie in de groene sectoren dat vorig jaar ondertekend is. “Toen is het niet op tafel gelegd om prioritair een oplossing te kunnen uitwerken voor administratieve obstakels, wat ook gebeurde, bijvoorbeeld met de Dimona-teller die het aantal dagen bijhoudt dat iemand aan seizoenarbeid kan doen”, legt Boerenbondvoorzitter Sonja De Becker uit. “Een 100-dagenregeling voor (alle) seizoenarbeid is een deelaspect van een bredere discussie die gevoerd zal worden tussen de sociale partners over de arbeidsnoden in de land- en tuinbouw. Daarbij zal het ook gaan over het aanboren van de binnenlandse arbeidsreserve (o.a. leefloners) en het aantrekken van arbeidskrachten van buiten de EU.”

Bekijk hier het fotoverslag van de zomerstage van Kris Peeters (acht foto's achteraan de reeks). Meer weten over tomatenteelt? Lees op Veldverkenners ‘Een dag in het spoor van: tomaten’.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek