Limburgse gemeenten beschermen samen onroerend erfgoed

De gemeenten Alken, Borgloon, Gingelom, Heers, Kortessem en Wellen verenigen zich voor hun erfgoedwerking in de Intergemeentelijke Onroerenderfgoeddienst (IOED) Haspengouw West. Daarmee heeft Limburg een derde tussengemeentelijke samenwerking rond landschapszorg, bouwkundig erfgoed en archeologie. Binnen de IOED zal projectmatig gewerkt worden rond het Gallo-Romeins verleden, het religieus erfgoed, het burchten- en kastelenlandschap en de gezamenlijke landbouw- en fruitgeschiedenis. 

Zes Limburgse gemeenten hebben zich voor hun erfgoedwerking verenigd in de IOED Haspengouw West. Het nieuwe vehikel kreeg na een kandidatuur in januari 2016 groen licht van Vlaanderen. Het is erkend voor de termijn 2017-2020. Elke IOED in Vlaanderen krijgt 85.000 euro per jaar. Afhankelijk van het aantal inwoners, aantal beschermde erfgoedsites en de oppervlakte van de deelnemende gemeenten komt daar nog een bedrag bij van Vlaanderen. “Voor ons is dat 3.500 euro”, aldus An Digneffe van Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren. “De zes gemeenten leggen er 34.000 euro bovenop. Dat komt neer op een jaarbudget van 123.000 euro voor IOED Haspengouw West.”

Wat wil het nieuwe IOED doen? “We zullen projectmatig werken rond vier grensoverschrijdende thema's: ons Gallo-Romeins verleden, ons religieus erfgoed, ons burchten- en kastelenlandschap en de gezamenlijke landbouw- en fruitgeschiedenis”, zo legt Digneffe uit. “Een voorbeeld? We hebben heel wat vierkantshoeves in deze regio. Vaak zijn die in private handen. Toch is dat erfgoed. Het IOED zal eigenaars helpen bij renovatie of herbestemming van die hoeves.” Limburg telt nu drie erkende IOED's: naast Haspengouw West is dat nog Haspengouw Oost en Voeren, en dat van Kempen en Maasland. Een vierde IOED is in de maak: dat van de Lage Kempen in West-Limburg.