Minister verdedigt aanpak voor methaanreductie rundvee

In de commissie Leefmilieu van het Vlaams Parlement kreeg minister Koen Van den Heuvel kritische vragen over het convenant dat de overheid met de landbouwsector sloot om de methaanuitstoot door runderen te verkleinen. “Hoe dat moet gebeuren, is nog onduidelijk want voor zover ik weet, bevat het convenant geen concrete maatregelen”, zegt volksvertegenwoordiger Bart Caron (Groen). Het stoort hem ook dat het convenant zwijgt over de optie van een kleinere veestapel. Collega-parlementsleden merken op dat de methaanreductie vooral moet komen van technische ingrepen. In zijn antwoord negeert de minister de olifant in de kamer niet, maar een afbouw van de veestapel is volgens hem niet de manier: “Als we de productie verplaatsen naar het buitenland zetten we, ook wat het klimaat betreft, absoluut geen stap voorwaarts.”
29 april 2019  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:49
Lees meer over:

In de commissie Leefmilieu van het Vlaams Parlement kreeg minister Koen Van den Heuvel kritische vragen over het convenant dat de overheid met de landbouwsector sloot om de methaanuitstoot door runderen te verkleinen. “Hoe dat moet gebeuren, is nog onduidelijk want voor zover ik weet, bevat het convenant geen concrete maatregelen”, zegt volksvertegenwoordiger Bart Caron (Groen). Het stoort hem ook dat het convenant zwijgt over de optie van een kleinere veestapel. Collega-parlementsleden merken op dat de methaanreductie vooral moet komen van technische ingrepen. In zijn antwoord negeert de minister de olifant in de kamer niet, maar een afbouw van de veestapel is volgens hem niet de manier: “Als we de productie verplaatsen naar het buitenland zetten we, ook wat het klimaat betreft, absoluut geen stap voorwaarts.”

Tegen 2030 moet de methaanuitstoot van rundvee 19 procent lager liggen dan in referentiejaar 2005. Aangezien de uitstoot de voorbije jaren steeg, komt dit neer op een feitelijke vermindering met 26 procent. Dat heeft de Vlaamse overheid zo afgesproken met de landbouwsector en vastgelegd in een engagementsverklaring. Dit convenant Enterische emissies vloeit voort uit het Vlaams Klimaatbeleidsplan 2021-2030. Groen-parlementslid Bart Caron bestudeerde het convenant en blijft op zijn honger zitten. “Er zijn nog geen concrete maatregelen. Vijf werkgroepen moeten afspraken maken over maatregelen met betrekking tot veevoeder, bedrijfsmanagement, rassenselectie, enzovoorts.”

Over de optie van een kleinere veestapel zwijgt het convenant. Dat stoort Caron omdat een vermindering van de uitstoot per dier minstens deels tenietgedaan wordt door een groter aantal runderen. Sowieso is het de bedoeling om het convenant regelmatig te evalueren en in 2025 af te toetsen of bijkomende maatregelen nodig zijn. Het parlementslid is er toch niet gerust in want 2025 lijkt rijkelijk laat als de sector niet op koers zit. Hij vraagt zich ook af waarom er geen bredere discussie is opgezet rond het toekomstpad van de rundveehouderij. “De marktvraag naar rundsvlees in Vlaanderen daalt, net als de producentenprijzen. Zijn dure maatregelen als voederadditieven dan wel een economisch realistisch antwoord? Ik hoop op concrete resultaten en wil niet dat het een vorm van greenwashing wordt.”

Ook zijn collega-parlementsleden Hermes Sanctorum (onafhankelijke) en Wilfried Vandaele (N-VA) merken op dat er veeleer sprake is van een draagvlak binnen de sector dan van maatschappelijk draagvlak. “Dat organisaties binnen de sector willen inzetten op technologische oplossingen verbaast me eerlijk gezegd niet”, zegt Sanctorum. Veel vertrouwen in die piste heeft hij niet omdat er al veel onderzoek is gevoerd maar hij weinig impact ziet op het terrein. Vandaele formuleert zijn kritiek voorzichtig: “Een bredere scope dan methaanreductie via technische ingrepen zou misschien nuttig geweest zijn.”

In zijn antwoord benadrukt minister Van den Heuvel dat de hele keten, van veld tot bord, zich achter het convenant heeft geschaard. Vrijblijvend is het niet: “Er is een duidelijk gekwantificeerde resultaatsverbintenis.” De overheid neemt een faciliterende rol op en zal financiële ondersteuning bieden conform de mogelijkheden die het nieuw gemeenschappelijk landbouwbeleid zal bieden. Van overheidswege beslissen tot een afbouw van de veestapel omdat de consumptie van rundvlees daalt, wil de minister niet doen. “De dalende vraag zal via de marktwerking een effect hebben op de veestapel, zonder tussenkomst van de overheid. Mocht de overheid actief gaan sturen, dan verplaatst de productie zich naar het buitenland. Dat is geen goede evolutie omdat het hier milieuvriendelijker kan. Bovendien produceert de rundveehouderij niet alleen vlees, maar ook zuivel.”

Beeld: Loonwerk Defour

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek