Nacht van Geschiedenis belicht 864 jaar Hof te Kattem

Slechts weinig boerderijen in Vlaanderen hebben zo’n eeuwenoude geschiedenis als het Hof te Kattem in het Vlaams-Brabantse Roosdaal en van nog minder boerderijen is die geschiedenis ook gedocumenteerd. Gebouwd door de Abdij van Ninove in 1151 en uitgebaat door lekenbroeders groeide het Hof te Kattem vandaag uit tot een gemengd landbouwbedrijf met akkerbouw en varkens. Davidsfonds Borchtlombeek greep de Nacht van de Geschiedenis die dit jaar in het teken van landbouw stond, dan ook aan om de 864-jarige geschiedenis van dit landbouwbedrijf te belichten.
25 maart 2015  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 15:20
Lees meer over:

Slechts weinig boerderijen in Vlaanderen hebben zo’n eeuwenoude geschiedenis als het Hof te Kattem in het Vlaams-Brabantse Roosdaal en van nog minder boerderijen is die geschiedenis ook gedocumenteerd. Gebouwd door de Abdij van Ninove in 1151 en uitgebaat door lekenbroeders groeide het Hof te Kattem vandaag uit tot een gemengd landbouwbedrijf met akkerbouw en varkens. Davidsfonds Borchtlombeek greep de Nacht van de Geschiedenis die dit jaar in het teken van landbouw stond, dan ook aan om de 864-jarige geschiedenis van dit landbouwbedrijf te belichten.

Ruim 130 aanwezigen kregen in de bijna twee eeuwen oude schuur van het Hof te Kattem te horen hoe de abdij van Ninove in 1151 één van haar eerste uithoven oprichtte in Kattem, een gehucht van het huidige Roosdaal. “Die uithoven, beter bekend onder de naam pachthoven, moesten de abdij van voldoende voedsel voorzien. Tot de 14de eeuw waren het lekenbroeders die het Hof te Kattem draaiende hielden, nadien kwamen er pachters op het hof”, vertelt Luc Van Liedekerke, een heemkundige die zich in de geschiedenis van het Hof te Kattem, toen gekend als het Hof te Catthem, verdiepte.

De boerderij bleef tot ongeveer 1800 in handen van de abdij van Ninove. Tijdens de Franse Revolutie werden alle kerkelijke bezittingen in beslag genomen. Zo komt de boerderij in handen van een adellijke familie die het verder verpacht. In totaal kende het bedrijf 26 pachters tot in 1896 Jan-Baptist Van Wilderode de pacht over het hof krijgt. Hij is de (bed)overgrootvader van de huidige uitbaters. Uit het pachtovernamecontract blijkt dat het bedrijf toen ongeveer 25 hectare grond telde en wat bos en boomgaard.

Korte na de eerste Wereldoorlog, in 1919, neemt Joseph Van Wilderode de pacht van zijn vader Jan-Baptist over. Uit een landbouwtelling van 1940 kan worden opgemaakt dat het bedrijf toen 20 hectare akkerland, 17,5 hectare weiland en 9 paarden, 15 melkkoeien, 30 andere runderen, 4 varkens, 19 biggen en 42 vleeskippen telde. Door de groeiende industrie in de steden heeft het bedrijf het moeilijk om voldoende arbeiders te vinden voor het werk op de boerderij. Joseph Van Wilderode, die ook verschillende jaren burgemeester van Borchtlombeek was, komt in 1947 plots te overlijden en de boerderij wordt verdergezet door zijn vijf kinderen.

In 1952 is het zijn jongste zoon Marcel Van Wilderode die pachter van de boerderij wordt. Heel de naoorlogse geschiedenis van het Hof te Kattem werd geschetst aan de hand van de evolutie die de landbouwsector onderging en de accenten die werden gelegd in het landbouwbeleid. Zo groeit het bedrijf in de jaren ’50 verder onder impuls van het Europees landbouwbeleid en de moderniseringsgolf die de landbouw in die tijd typeert. Zowel mechanisering, specialisatie als schaalvergroting doen hun intrede op het bedrijf.

Rond 1950 komt de eerste tractor op het erf en al snel volgen ook een aantal oogst- en zaaimachines. Stilaan wordt ook de varkenstak op het bedrijf uitgebouwd. Maar het is wachten tot 1967, wanneer Marcel en zijn vrouw Anna eigenaar worden van het Hof te Kattem, vooraleer het bedrijf echt tot bloei komt. Terwijl de akkerbouwtak gedurende die jaren min of meer status quo blijft, wordt er vooral geïnvesteerd in de varkenshouderij: nieuwe stallen worden gebouwd en de varkensstapel groeit aan.

Wanneer zoon Erik in 1976 mee in het bedrijf stapt, wordt er gekozen om ook vleesvee te houden op het bedrijf. Dat innovatie en nieuwe technieken toen al in de landbouw aan de orde waren, blijkt uit het feit dat er in 1984 een proef rond biogas wordt aangelegd op het bedrijf in samenwerking met de Universiteit Gent. Maar wanneer duidelijk werd dat de oliecrisis van de jaren ’70 van voorbijgaande aard was, stierf het project een stille dood. Door de introductie van het eerste mestactieplan begin jaren ’90 en de pensionering van Marcel en Anna wordt de vleesveetak stopgezet en wordt verder gespecialiseerd in de varkenshouderij. Nieuwe stallen werden gebouwd, waaronder een ammoniakemissiearme stal die de stikstofuitstoot van de varkens moet terugdringen.

In 2007 komt de vijfde generatie Van Wilderode mee aan het roer. Samen met zijn vader kiest Pieter, mede onder impuls van de malaise in de varkenssector van de laatste jaren, om vooral in te zetten op de akkerbouw. Het bewerkte areaal groeit tot ongeveer 360 hectare en nieuwe machines doen hun intrede. De belangrijkste teelten op het bedrijf zijn aardappelen, tarwe, maïs en suikerbieten. Daarnaast wordt er ook geïnvesteerd in nieuwe loodsen.

Dat de toenemende aandacht voor milieu in de regelgeving ook in de praktijk zijn ingang vindt, blijkt onder meer uit de beheerovereenkomsten die Erik en Pieter Van Wilderode afsloten in het kader van erosie en natuur. Ook op vlak van machines wordt gekozen voor milieuvriendelijke exemplaren, denk maar aan een erosieploeg, GPS en sectieafsluiting bij de sproeier. Daarnaast is er ook opvang van hemelwater en wordt enkel regenwater gebruikt om te sproeien.

De volatiele prijzen waar de landbouw mee geconfronteerd wordt sinds het wegvallen van een Europees markt- en prijsbeleid, maakt ook dat er nood is aan een doordachte afzet. Enerzijds wordt er gezocht naar een goed evenwicht tussen contractteelt, termijnmarkten en vrije markt en anderzijds wordt er ook ingezet op thuisverkoop van varkensvlees op de hoeve. Dat er ondanks die sterke schaalvergroting ook aandacht is voor de sociale functie van een landbouwbedrijf blijkt uit het feit dat er drie dagen per week zorgbehoevende jongeren worden opgevangen.

Met deze uiteenzetting tijdens de Nacht van de Geschiedenis bewijst het Hof te Kattem dat de landbouw zich doorheen de eeuwen telkens opnieuw heeft aangepast en telkens de veerkracht heeft gevonden om een antwoord te bieden op sterk veranderende maatschappelijke verzuchtingen.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek