Natuurpunt ziet zijn natuurgebieden als klimaatbuffers

Natuurpunt kijkt reikhalzend uit naar de Vlaamse Klimaattop die op 1 december plaatsvindt in Gent. Zelf trekt de organisatie daar naar toe met het engagement om een netwerk van natuurgebieden zo in te richten dat het fungeert als ‘klimaatbuffer’, dat wil zeggen als bescherming tegen de gevolgen van de klimaatverandering. De eigen uitstoot wordt via diverse initiatieven gereduceerd en Natuurpunt zet ook al langer dan vandaag in op educatie en sensibilisatie over klimaat. Over de Vlaamse klimaatresolutie die recent goedgekeurd werd, is Natuurpunt tevreden. Al maakt men wel de bedenking dat inzake ruimtelijke ordening en landbouw (Natuurpunt zocht vruchteloos naar het voornemen om de veestapel af te bouwen, nvdr.) meer inspanningen nodig zijn.

Na tien maanden onderhandelen, stelde de klimaatcommissie van het Vlaams Parlement vorige week haar klimaatresolutie voor. Net zoals milieukoepel Bond Beter Leefmilieu is ook Natuurpunt tevreden met het resultaat omdat de Vlaamse regering de boodschap krijgt om fossiele brandstoffen versneld uit te faseren. Specifiek voor de beleidsdomeinen ruimtelijke ordening en landbouw meent Natuurpunt dat er meer nodig is opdat deze sectoren de transitie kunnen maken naar een klimaatneutrale samenleving. De klimaatresolutie vraagt bijvoorbeeld wel om de inname van de open ruimte een halt toe te roepen, maar over een timing van de betonstop spreekt het parlement zich niet uit.

Die heikele kwestie schoof het parlement door naar de Vlaamse regering die moet beslissen over het witboek Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. Natuurpunt vraagt harde garanties opdat de betonstop er snel komt want het beleidsplan zal net als de resolutie niet bindend zijn. Inzake landbouw reageert Natuurpunt op dezelfde manier als de biosector een dag eerder: “We zien de resolutie geen omslag bepleiten. Om een drastische vermindering van de broeikasgasuitstoot van landbouw te realiseren, is een afbouw van de veestapel nodig en een overstap naar meer plantaardige voeding. De Vlaamse klimaatresolutie blijft diplomatisch wat dat betreft en wil ‘best niet inzetten op verdere groei veestapel’.”

Het pleidooi voor een verdere verbetering van de milieu-efficiëntie, negeert volgens Natuurpunt het feit dat de som van al die (vlees)productie de ecologische draagkracht van Vlaanderen overschrijdt. Veel liever had Natuurpunt echt duurzame principes zien verschijnen, zoals bijvoorbeeld de ontwikkeling van nieuwe verdienmodellen die klimaat-resistent zijn. Natuurpunt herinnert aan de wateroverlast dit voorjaar om duidelijk te maken dat er meer haast mee is gemoeid dan de klimaatresolutie laat uitschijnen. Daarin luidt het dat verder ingezet zal worden op onderzoek naar koolstofopslag en erosiebestrijding.

Natuurpunt analyseert met een kritische blik de klimaatvoornemens van de andere sectoren, maar heeft ook zelf zijn huiswerk moeten maken. Het engagement van Natuurpunt is terug te vinden op de website die gewijd is aan de Vlaamse Klimaattop. Een belangrijke rol die Natuurpunt voor zichzelf weggelegd ziet, vloeit voort uit de natuurgebieden die het aankoopt en beheert. “Onder ons beheer kunnen we deze gebieden zo inrichten dat ze fungeren als klimaatbuffers en ons helpen tegen de gevolgen van de klimaatverandering. Behoud en aanleg van natuurgebieden en inspelen op natuurlijke dynamiek is vaak niet alleen de goedkoopste, maar in sommige gevallen zelfs de enige duurzame oplossing om het hoofd te bieden aan overstromingen en periodes van langdurige droogte.”

Net zoals de landbouwsector claimt ook de natuurbeweging een bijdrage aan klimaatadaptatie. Dat klinkt zo: “Bodems onder natuurlijke ecosystemen vertonen doorgaans grotere koolstofvoorraden dan deze onder intensief landgebruik. Ecosystemen zoals bossen, moerassen, graslanden, heide, slikken en schorren,... zorgen voor een grote stockage van koolstof.” Verder heeft Natuurpunt het over de duurzame bouwwijze voor eigen gebouwen, de lage carbon footprint van LIFE-projecten, het in kaart brengen van de gevolgen van de klimaatverandering voor de fauna, en tot slot, de inspanningen inzake klimaateducatie en -sensibilisatie.