Nieuwe stap naar invoer brede weersverzekering gezet

Zowel in de commissie Landbouw als in de commissie Financiën van het Vlaams Parlement wordt volgende week een voorstel van decreet over de brede weersverzekering voor de land- en tuinbouw besproken en vermoedelijk ook goedgekeurd. Die verzekering moet ervoor zorgen dat de landbouwers zich vanaf 2020 op de private verzekeringsmarkt kunnen indekken tegen schade aan gewassen als gevolg van een natuurramp. Tot nu toe konden zij zich daarvoor wenden tot het (landbouw)rampenfonds, maar dat systeem gaat nog dit najaar op de schop.
12 februari 2019  – Laatste update 4 april 2020 15:45
Lees meer over:

Zowel in de commissie Landbouw als in de commissie Financiën van het Vlaams Parlement wordt volgende week een voorstel van decreet over de brede weersverzekering voor de land- en tuinbouw besproken en vermoedelijk ook goedgekeurd. Die verzekering moet ervoor zorgen dat de landbouwers zich vanaf 2020 op de private verzekeringsmarkt kunnen indekken tegen schade aan gewassen als gevolg van een natuurramp. Tot nu toe konden zij zich daarvoor wenden tot het (landbouw)rampenfonds, maar dat systeem gaat nog dit najaar op de schop.

Omdat het einde van het landbouwrampenfonds grote gevolgen kan hebben voor de Vlaamse land- en tuinbouwers maakten de meerderheidspartijen in de Vlaamse regering werk van een volwaardig en werkend alternatief. “Dat moet er nu komen onder de vorm van een brede weersverzekering”, vertelt voorzitter van de Landbouwcommissie Jos De Meyer (CD&V), hoofdindiener van het voorstel van decreet. Volgens N-VA-parlementslid Jelle Engelbosch wordt er gekeken naar het systeem van de hagelschade. “Die schade is op dit moment het enige risico waarvoor op de Belgische markt een verzekeringsdekking wordt aangeboden”, stelt hij.

Het voorstel van decreet voorziet een overgangsperiode die loopt van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2024. In die periode zal de schade nog maar gedeeltelijk vergoed worden door de overheid op voorwaarde dat de landbouwer minstens 25 procent van zijn areaal heeft verzekerd. Het aandeel van het areaal dat de landbouwer laat verzekeren, bepaalt het vergoedingspercentage voor de niet-verzekerde schade. Na de overgangsperiode wordt in principe verzekerbare schade aan teelten en niet-binnengehaalde oogsten niet meer vergoed door de overheid, maar wel door de verzekeringsmaatschappij.

“Via deze overgangsperiode proberen we de ontwikkeling van een markt voor dergelijke verzekeringsproducten te stimuleren. We rekenen op de verzekeringsmaatschappijen om van dit stelsel een volwaardig initiatief te maken, want onze boeren verdienen dat”, klinkt het. Open Vld-parlementslid Francesco Vanderjeugd merkt op dat er uitzonderingen worden ingebouwd voor schadelijders die om financiële redenen geen toegang hebben tot producten op de private verzekeringsmarkt. “Zo laten we niemand achter”, meent hij.

Landbouwers die zich laten verzekeren op de private verzekeringsmarkt zullen gedurende drie jaar een overheidstussenkomst krijgen van 65 procent op hun betaalde premie. “Om het systeem een goede start te gunnen, is deze tussenkomst een goede zaak. Zo krijgt de brede weersverzekering de kans om de eerste jaren te groeien en landbouwers warm te maken voor dit nieuwe systeem”, besluiten de parlementsleden De Meyer, Engelbosch en Vanderjeugd.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek