Proactieve natuurontwikkeling rond haven terug naar af
Als Antwerpen toch een Saeftinghedok wil graven voor de haven, dan is het niet uitgesloten dat nog meer landbouwgrond moet worden onteigend. Dat kan je met enige moeite afleiden uit een antwoord van minister Joke Schauvliege op een vraag van Vlaams parlementslid De Ridder (N-VA). Het Europees Hof van Justitie oordeelde dat de Vlaamse aanpak van proactieve natuurontwikkeling niet het soort natuurcompensaties zijn dat de Habitatrichtlijn bedoelt. In een poging klare wijn te schenken, zei de minister: “Op zich is de proactieve natuurontwikkeling geen compensatie voor wat we willen doen (in de haven). Bij de berekening van de compensaties kunnen we de proactieve natuur echter in rekening brengen om aan te tonen dat de natuur robuuster is geworden en dat we bijgevolg minder moeten compenseren.”
Op regelmatige tijdstippen ondervraagt Vlaams volksvertegenwoordiger Annick De Ridder minister Schauvliege over de aanleg van het Saefthingedok, en over de procedures die de uitbreidingsplannen van de Antwerpse haven tot dusver dwarsbomen. Haar recentste vraag over het thema werd uitgelokt door de juridische problemen waarmee de aanleg van een nieuw containerdok te kampen heeft. De N-VA-politica schetst de historiek: “De Raad van State heeft een deel van het GRUP havenuitbreiding op Linkeroever vernietigd. Voordien besliste de Vlaamse regering al proactief om de procedure volledig te hernemen op basis van het decreet betreffende de complexe projecten.”
Het probleem is daarmee niet opgelost volgens De Ridder omdat het Europees Hof van Justitie niet akkoord gaat met de Vlaamse aanpak om eerst natuurkerngebieden, de zogenaamde robuuste natuur, aan te leggen alvorens de door natuur ingepalmde havengebieden economisch te ontwikkelen. “Het blijft voor mij en voor vele anderen onduidelijk op welke wijze het mechanisme van proactieve natuurontwikkeling aanvaardbaar zal worden gemaakt, of dat opnieuw werk moet worden gemaakt van een aanmelding in het licht van compensaties”, richt het parlementslid zich tot de minister.
Vlaams minister van Natuur en Omgeving Joke Schauvliege steekt niet weg dat de uitspraak van het Europees Hof een tegenvaller van formaat is. Schauvliege: “Het Hof aanvaardt de techniek van proactieve natuurontwikkeling niet en vindt het in strijdt met de Habitatrichtlijn. Dit betekent dat het gedaan is met de proactieve natuur. Aangezien een uitspraak van het Europees Hof bindend is, ook voor de Europese Commissie die de proactieve aanpak in Vlaanderen meermaals als een goede praktijk loofde, is geen verder overleg gepland.”
Het komt er volgens de minister op neer dat de motivatie anders moet. De natuur die al gerealiseerd is, zal zo deel kunnen uitmaken van de nieuwe compensaties. Volgens De Ridder is dit niettemin bijzonder verontrustend. “De minister bevestigt dat nieuwe natuur zal moeten worden ontwikkeld en er dus nieuwe landbouwgronden moeten verdwijnen.” Bij Natuurpunt is te horen dat dit niet is uit te sluiten. “We hebben steeds gezegd dat Doel2020 zichzelf in de voet zal schieten.”
De politica van N-VA herhaalt haar oorspronkelijke vraag tot driemaal toe om de consequenties van het antwoord van de minister juist te kunnen inschatten. Het laatste antwoord van Schauvliege laat nog weinig aan de verbeelding over. Dat klonk zo: “Indien we in de natuur ingrijpen, moeten we dat compenseren. Hoe groter en sterker de natuur ter plekke reeds is ontwikkeld, hoe kleiner die compensaties zijn. Op zich is de proactieve natuurontwikkeling geen compensatie voor wat we willen doen. Bij de berekening van de compensaties kunnen we de proactieve natuur echter in rekening brengen om aan te tonen dat de natuur robuuster is geworden en dat we bijgevolg minder moeten compenseren. Dat is waar het eigenlijk op neerkomt.”
Bron: eigen verslaggeving / Belga