Rubberen vloermatten verbeteren welzijn van zeugen

Een betere stalinrichting gecombineerd met goed management kunnen pootproblemen en kreupelheid bij drachtige zeugen aanzienlijk verminderen. Dat zijn de conclusies van een langlopend onderzoek nadat in 2013 de groepshuisvesting voor zeugen werd ingevoerd. “Vooral rubberen vloermatten in plaats van een betonvloer en extra aandacht voor de zeugen tijdens de eerste drie dagen nadat ze in groep zijn geplaatst, kunnen het welzijn aanzienlijk verbeteren”, zegt Emilie-Julie Bos, doctoraatsstudente aan de UGent en ILVO.
29 september 2016  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 15:30
Lees meer over:

Een betere stalinrichting gecombineerd met goed management kunnen pootproblemen en kreupelheid bij drachtige zeugen aanzienlijk verminderen. Dat zijn de conclusies van een langlopend onderzoek nadat in 2013 de groepshuisvesting voor zeugen werd ingevoerd. “Vooral rubberen vloermatten in plaats van een betonvloer en extra aandacht voor de zeugen tijdens de eerste drie dagen nadat ze in groep zijn geplaatst, kunnen het welzijn aanzienlijk verbeteren”, zegt Emilie-Julie Bos, doctoraatsstudente aan de UGent en ILVO.

Op 1 januari 2013 is het volgens Europese wetgeving verplicht om drachtige zeugen in groep te huisvesten om op die manier hun welzijn te verbeteren. “Intussen is gebleken dat de dieren door deze manier van huisvesting meer onderling contact hebben en dat hun grote bewegingsvrijheid de spier- en botontwikkeling bevordert. Maar er duiken ook meer klauwletsels en kreupelheid op. “Door de zeugen op langere termijn te bestuderen, detecteerden we de risicovolle periodes in de reproductiecyclus en het effect van verschillende managementfactoren. Eens je die kent, kan je gerichte preventieve maatregelen nemen om het welzijn van zeugen in groep te verbeteren”, stelt Bos.

Daarom werd op tien commerciële zeugenbedrijven de beweeglijkheid van zeugen en hun mogelijke klauwletsels gedurende drie opéénvolgende reproductiecycli in kaart gebracht. De beweeglijkheid, in de wetenschap locomotie genoemd, werd gemeten door te kijken in welke mate dieren geneigd waren om voedselbeloningen op te halen op twee voederlocaties die van elkaar gescheiden waren. De kreupelheid werd beoordeeld op basis van vier categorieën: niet, mild, matig of ernstig kreupel. Dit alles werd bestudeerd voor twee managementsystemen, want zowel bedrijven die werken met stabiele groepen als bedrijven die kiezen voor dynamische groepen werden in de studie betrokken.

Uit dit onderzoek blijkt dat gemiddeld drie kwart van de zeugen een klauwletsel had. De kreupelheid lag 2,5 keer hoger tijdens de groepshuisvestingsperiode in vergelijking met de individueel gehuisveste periodes in de kraam- en dekstal. Voor huidproblemen lag het risico zelfs ruim tien keer hoger. Het aantal nieuwe symptomen van kreupelheid piekte in de eerste drie dagen nadat de zeugen in groep werden gezet. “Dat is dus de meest risicovolle periode voor het ontwikkelen van kreupelheid of het krijgen van huidletsels, onafhankelijk van het groepsmanagementsysteem dat de varkenshouder heeft gekozen”, aldus Bos.

Op het proefbedrijf van het Instituut van Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO) vergeleek de onderzoeker in een experiment, dat eveneens over drie reproductiecycli liep, de beweeglijkheid en klauw- en huidletsels in groepshokken met een volledig betonnen vloer en in hokken waarbij de vloer bedekt was met een rubberen toplaag. “Opvallend is dat de kreupelheid bij de zeugen op rubbervloeren bijna de helft lager lag dan bij de zeugen op betonvloeren. Een rubberen toplaag in de groepshuisvesting heeft duidelijk een gunstige invloed op de algemene pootgezondheid van drachtige zeugen en draagt dus bij tot een beter zeugenwelzijn”, concludeert Emilie-Julie Bos.

Het onderzoek adviseert varkenshouders daarom om rubbermatten in groepshokken te overwegen. “Het haalt niet alleen het aantal kreupele zeugen, maar ook de ernst van de aandoeningen naar omlaag”, zegt Bos. Bij vergelijking van stabiele en dynamische groepen blijkt niet eenduidig welk van beide managementvormen gunstiger is ten aanzien van poot- en beenproblemen, hoewel zeugen in stabiele groepen wel een grotere beweeglijkheid vertonen. Bovendien moet de varkenshouder zich focussen op de eerste drie dagen nadat zeugen in groep zijn geplaatst. Dan is de kans op kreupelheid immers het grootst. Ten slotte ziet de onderzoeker ook een directe samenhang tussen kreupelheid en dierenleed. “Zeugen met matige tot ernstige bewegelijkheidsbeperkingen doen duidelijk minder verplaatsingen om voedselbeloningen op te halen, luidt het.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek