Rundvee heeft op hete dagen nood aan schaduwplek

Zowel melk- en vleesvee als robuuste runderrassen die natuurgebieden begrazen, hebben baat bij beschutting tegen hittegolven en ander extreem weer. Het doctoraatsonderzoek van Eva Van Laer (ILVO/UGent) biedt nieuwe inzichten in het ‘thermisch comfort’ van runderen. Melk- en vleesvee dat blootgesteld wordt aan hitte ervaart fysieke ongemakken en gaat bijvoorbeeld zichtbaar hijgen en kwijlen. Bij melkkoeien daalt de melkproductie, tot één liter melk minder per dag. Voor runderen in natuurgebieden is kunstmatige beschutting vooral aan te raden als de natuurlijke vegetatie die niet biedt.

Zelfs in een gematigd klimaat als het onze zijn er dagen met extreem guur weer of flinke hitte. Tot nu toe was het onduidelijk in welke mate beschutting voor rundvee tegen extreem weer noodzakelijk of gewenst is. Dankzij het doctoraatsonderzoek dat Eva Van Laer verrichtte aan de faculteit Diergeneeskunde van de UGent en het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO) is dat nu verduidelijkt.

De klimaatverandering indachtig zullen veehouders en natuurbeheerders hun dieren vaker moeten beschermen tegen hittegolven en ander extreem weer. Tijdens de studie van Van Laer was er op 5 tot 13 dagen per jaar sprake van ernstige tot zeer ernstige hittestress bij de geobserveerde runderen in de open lucht. Bij vleesvee kon hittestress vermeden worden door in een schaduwplek te voorzien. Ook bij melkkoeien toonde Eva Van Laer aan dat bomen, schuilhokken of commercieel beschikbare schaduwdoeken op de weide de ongemakken en de verminderde melkproductie tegengaan. Daarom adviseert zij die beschuttingsvormen of, als alternatief, het tijdelijk op stal houden van de melkkoeien.

In natuurgebieden schuilen runderen liever onder natuurlijke vegetatie dan in een schuilhok. Maar beschutting zoeken ze wel degelijk, bij hitte en bij vriesweer. In een natuurgebied met weinig natuurlijke beschutting, en puur als voorzorgsmaatregel, kan een schuilhok wel nuttig zijn.