Tien jaar Regionaal Landschap Grote en Kleine Nete

Het Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete vierde deze week zijn tiende verjaardag. De organisatie groeide uit tot een vaste waarde op het Kempense platteland. Als samenwerkingsverband tussen de provincie Antwerpen, 18 Kempense gemeenten en tientallen organisaties uit de sectoren natuur, landbouw, jacht, toerisme en recreatie werden tientallen kleine en grote projecten uitgevoerd die de omgevingskwaliteit, streekidentiteit en duurzaamheid in de regio bevorderen.

De jaarlijkse algemene verjaardag van het Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete werd een feesteditie want de organisatie mag dit jaar tien kaarsjes uitblazen. Ze zag het levenslicht op 10 maart 2009 tijdens een oprichtingsvergadering in de Boeretang in Dessel. De cijfers over de laatste tien jaar liegen er niet om: naast één strategisch project in de vallei van de Kleine Nete, werden er twee intergemeentelijke onroerend erfgoeddiensten (IOED) opgericht in de regio en drie scholen per jaar vergroend.

Ook werden er jaarlijks in 18 gemeenten projecten uitgevoerd, 30 boomgaarden aangelegd of hersteld, 45 poelen uitgegraven of hersteld, meer dan 51 kilometer aan hagen, heggen en houtkanten aangeplant, 120 gidsen opgeleid, 248 hectaren fauna-akkers ingezaaid, 654 kunstnesten opgehangen, enkele duizenden kilometers aan trage wegen in kaart gebracht en meer dan 120.000 bomen aangeplant.

Coördinator Bas Van der Veken: “We zien onszelf graag als het hoofd, het hart en de handen van de Kempen: we verzamelen kennis en expertise over het landschap die we delen met onze partners, vergroten de liefde voor de streek bij de bewoners via cursussen, opleidingen en workshops en steken zelf de handen uit de mouwen in tal van concrete terreinrealisaties.” Na 10 jaar voorzitterschap geeft Rik Röttger de fakkel door aan gedeputeerde Jan De Haes die in deze legislatuur naast onder meer toerisme ook de regionale landschappen en bosgroepen onder zijn hoede krijgt.

“De werking van het Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete is een succesverhaal dat we verder willen uitrollen in de provincie”, aldus De Haes. “We streven naar een gebiedsdekkende werking in de provincie waarbij we samen met diverse partners, ook private, werken aan instandhouding van natuur. Daarnaast willen we de versnippering natuurgebieden en landschappen tegengaan zodat ze geen eilandjes op zich zijn maar geconnecteerde natuurgebieden en landschappen vormen.”