Varkensacademie focust op preventie stalbrand
Een stalbrand is, afgezien van het dierenleed, vaak ook een financiële ramp. Tijdens de vierde trefdag van de Varkensacademie, zette de organisatie daarom extra in op preventiemaatregelen tegen stalbrand. “Zorg voor een goed afgesloten elektriciteitskast die stofvrij is en waarbij de kabels geen gebreken vertonen, dat kan al veel leed voorkomen”, legt Jan Lobbens, gastspreker en brandverzekeringsspecialist bij AG Insurance, uit.
Elektriciteit staat met een aandeel van 65 procent met stip op één als oorzaak van een brand in landbouwgebouwen. Nog in het lijstje met meest voorkomende oorzaken van brand: las- en slijpwerken, verlichtingsarmaturen en verwarming in combinatie met brandbare isolatie, ophoping van stalgassen zoals ammoniak en methaan, storm- en hagelschade, en brandstichting. Aan stormen en brandstichting valt niet veel te doen, maar op alle andere vlakken kunnen preventiemaatregelen het verschil maken.
“Een goed onderhouden, gekeurde en stofvrije elektrische installatie is van vitaal belang in het voorkomen van elektrische defecten”, steekt Jan Lobbens, brandverzekeringsspecialist bij AG Insurance, van wal. “Ook de zekeringen benoemen kan je kostbare tijd besparen als zich problemen voordoen.” Het stalklimaat en in het bijzonder het ammoniakgehalte in de stal kan het elektriciteitsnetwerk ernstig aantasten en corrosie veroorzaken. Maar ook vocht, temperatuurverschillen en stof kunnen elektrische leidingen beschadigen. “De komende jaren zal de hoeveelheid elektronica in de stal in de vorm van sturingsmechanismen en dergelijke enkel nog toenemen, waardoor het belang van een degelijk onderhouden elektriciteitsnetwerk alleen maar groter wordt.”
“Een aandachtspunt bij de verlichting is om deze niet te dicht bij brandbare materialen zoals isolatie te plaatsen daar de geproduceerde stralingswarmte een verhoogd risico op een beginnende brand met zich meebrengt”, legt Jan Lobbens uit. “Ook hier is er de noodzaak om ervoor te zorgen dat de verlichtingsarmaturen afgesloten en stofvrij zijn.” Daarnaast kan ook de constructie van de stal op zich brandrisico’s beperken. Compartimentering binnen één gebouw en genoeg afstand voorzien tussen gebouwen verminderen het risico op het uitslaan van een brand.
“Een ander belangrijk aspect is de keuze van isolatiemateriaal”, zegt Jan Lubbens. “Vaak wordt polyurethaan polyisocyanuraat gebruikt in combinatie met een aluminiumlaag. Bij een brand zorgt een beperkte hitte al voor het loskomen van de aluminiumlaag waardoor het isolatieschuim eronder zeer snel kan ontbranden. Een snelle verspreiding van de brand via het dak is op dat moment zeer waarschijnlijk, terwijl de brandende druppels isolatie de brand kunnen verderzetten op de grond. Om een snelle verspreiding van een mogelijke brand te voorkomen, kan isolatiemateriaal gebruikt worden dat brandwerend behandeld is.” Ook dakcompartimentering en het gebruik van verlagen het risico op de verspreiding van een beginnende brand drastisch.
“Het sporadisch gebruik van verplaatsbare verwarmingstoestellen is ook een hoge risicofactor voor brand”, vertelt Jan Lubbens. “Ook het gebruik van een warmtelamp, in de kraamstal bijvoorbeeld, is niet zonder gevaar. Een correcte ophanging aan een stevige ketting waarbij het stroomsnoer onbereikbaar is voor de dieren, is daarbij van cruciaal belang. De minimale ophanghoogte van de lamp is 60 centimeter en de lamp moet ook buiten het bereik van de dieren en brandbare materialen hangen.”
