VITO klaar voor laatste fase geothermische proefboring

Op de Balmatt-site in Mol heeft het boorgat een diepte van 3.150 meter bereikt. Daardoor kan de laatste fase van de proefboring op 4 januari starten. Dat laat de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) weten. Het consortium THV Daldrup-Smet voert op de site in opdracht van het VITO een proefboring uit voor de eerste diepe-geothermiecentrale in ons land. Bedoeling is tot bijna vier kilometer de grond in te boren, om het beschikbare debiet aan warm water daar te meten.

De boring startte in september maar liep lichte vertraging op doordat op een diepte van 1.800 meter een onstabiele geologische laag werd aangetroffen. Die laag is nu gestabiliseerd met beton en inmiddels is het boorgat 3.150 meter diep. Op 4 januari start de laatste fase van de boring, waarbij een waterhoudende kolenkalklaag doorboord zal worden. In deze laag verwacht het VITO warm water te vinden, mogelijk zelfs 124 graden Celsius warm. Het is uit dit gesteente dat VITO hoopt om water te produceren met voldoende temperatuur en debiet om de VITO-gebouwen te verwarmen en ook elektriciteit te produceren.

Afhankelijk van de dikte van de kolenkalklaag zal tot op 3.500 of 3.800 meter geboord worden. Eind januari wordt dan de pompproef uitgevoerd waarbij wordt gekeken hoeveel debiet de volgende jaren uit de kolenkalklaag kan gewonnen worden. Het einddoel is de hele Kempen te voorzien van duurzame energie uit de eigen ondergrond. "Alternatieve energiebronnen als zonne- en windenergie leveren enkel energie als de zon schijnt en de wind waait. Met geothermie kan je een energiesysteem voorzien van een stabiele basisbelasting, ongeacht de weersomstandigheden", zo klinkt het bij Geert De Meyer, manager van het Diepe Geothermie Planningteam van VITO. In Nederland halen intussen een handvol glastuinbouwers hun energie al uit geothermie.