VLM begeleidt momenteel acht veebedrijven met code rood

Afgelopen vrijdag heeft de Vlaamse regering het flankerend beleid goedgekeurd voor de veebedrijven die vanwege hun ammoniakuitstoot in de nabijheid van waardevolle natuur code oranje kregen. Voor de zwaarst getroffen veehouders (code rood) werd al eerder voorzien in een soortgelijk pakket met compensatiemaatregelen. Vlaams parlementslid Lydia Peeters (Open Vld) informeerde bij minister Schauvliege naar de stand van zaken in het begeleidingsproces. De Vlaamse Landmaatschappij (VLM) begeleidt momenteel acht landbouwers waarvan er drie opteren voor een bedrijfsverplaatsing, drie voor een bedrijfsbeëindiging en telkens één voor reconversie en koopplicht in hoofde van de overheid.

Veebedrijven die vanwege hun ammoniakuitstoot een negatieve impact kunnen hebben op het realiseren van de Europese natuurdoelen worden beperkt in hun verdere ontwikkeling. Het zwaarst getroffen zijn de veebedrijven met een impact van meer dan 50 procent op de kritische depositiewaarde van stikstof in een habitat. Zij kregen ‘code rood’, wat van hun huidige landbouwactiviteit in de buurt van een natuurgebied een aflopend verhaal maakt. Begin 2015 heeft de Vlaamse regering voor hen een herstructureringsprogramma goedgekeurd.

Het antwoord van minister Schauvliege op een schriftelijke vraag van Open Vld-parlementslid Lydia Peeters leert dat er op dit ogenblik 54 ‘rode bedrijven’ gekend zijn. Dit is geen statisch gegeven omdat de impact op natuur berekend wordt aan de hand van de meest recente rekentool en de actuele milieuvergunningsgegevens. “Momenteel begeleidt de Vlaamse Landmaatschappij acht landbouwbedrijven met code rood bij het aanvragen van een flankerende maatregel”, informeert de minister.

Daarbij zijn drie aanvragen voor vrijwillige bedrijfsverplaatsing, drie aanvragen voor vrijwillige bedrijfsbeëindiging, één aanvraag voor bedrijfsreconversie en één aanvraag voor koopplicht in hoofde van de overheid. Dat zijn meteen ook alle opties waaruit een landbouwer kan kiezen. De bedrijfsbegeleiding die eraan voorafgaat – het berekenen van de impactscore en het opmaken van een bedrijfsoriënterend onderzoek – wordt vergoed door de overheid. Op heden zijn er nog geen landbouwbedrijven effectief verplaatst of gestopt in ruil voor een vergoeding.