Werpen moderne onderzoeksmethoden nieuw licht op Zwin?

In De Grote Rede, een informatieblad van het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ), mengt de Universiteit Gent zich in het ‘Zwindebat’. Historisch, archeologisch en landschappelijk onderzoek kan naar verluidt een belangrijke rol vervullen in de discussies over de ontpoldering van het Zwin, een vrij recente beslissing in het licht van de rijke geschiedenis van de streek. Moderne onderzoekstechnieken zullen ook een nieuw licht werpen op oude inzichten in verband met de ontwikkeling van het middeleeuwse havennetwerk van Brugge en al zijn voorhavens.
11 februari 2016  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:34

In De Grote Rede, een informatieblad van het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ), mengt de Universiteit Gent zich in het ‘Zwindebat’. Historisch, archeologisch en landschappelijk onderzoek kan naar verluidt een belangrijke rol vervullen in de discussies over de ontpoldering van het Zwin, een vrij recente beslissing in het licht van de rijke geschiedenis van de streek. Moderne onderzoekstechnieken zullen ook een nieuw licht werpen op oude inzichten in verband met de ontwikkeling van het middeleeuwse havennetwerk van Brugge en al zijn voorhavens.

Sinds 2013 hebben de vakgroepen archeologie, geschiedenis en bodembeheer van de Universiteit Gent de handen in mekaar geslagen om het onderzoek naar de Zwinstreek (op)nieuw leven in te blazen. De analyse in ‘De Grote Rede’ is gebaseerd op een uitgebreide literatuurstudie, uitgevoerd bij de aanvang van het project. Om nieuwe data aan te leveren in het debat wordt vooral gekeken naar interdisciplinaire onderzoekstechnieken. De onderzoekers maken gebruik van moderne technieken zoals het Digitaal Hoogtemodel Vlaanderen, drones die heel gedetailleerde luchtfoto’s maken en GPS voor het opmeten van artefacten tijdens archeologisch veldonderzoek. Zo bekomen ze nieuwe informatie die ze kunnen integreren en confronteren met de traditionele bronnen.

Dat levert nieuwe datasets op voor het onderzoek naar één van Europa’s belangrijkste, maar minst gekende, middeleeuwse havennetwerken. Meer specifiek probeert de UGent zo een beter zicht te krijgen op de geomorfologie van de oostelijke kustvlakte. Verder wil de universiteit ook de vroeg-middeleeuwse commerciële groei van de regio rond Brugge beter helpen duiden. Bovendien laat de unieke combinatie van technieken toe om de exacte locatie, topografie en bewaringstoestand van de verdwenen Zwinhavens te detecteren. Tot slot kan dergelijk onderzoek ook een basis vormen voor gebruik in erfgoed- en natuurbeheer of ruimtelijke planning.

Dat laatste is van belang in het licht van de gezamenlijke beslissing van Vlaanderen en Nederland om de voortschrijdende verzanding van de Zwinmonding een halt toe te roepen. Het historische proces van verzanding en inpoldering werd door de overheid omgekeerd in een proces van bevloeiing en ontpoldering om het getijdengebied uit te breiden en de biodiversiteit van het slikken- en schorrengebied op te waarderen. Vanuit maatschappelijk, maar misschien nog meer vanuit historisch-archeologisch perspectief roept dit proces echter vragen op. Is dit een stap vooruit? Of draaien we gewoon de klok terug? Kiezen we als maatschappij voor behoud van landbouwgrond, of geven we ruimte terug aan de natuur? Kunnen we bij dergelijk menselijk ingrijpen wel spreken van natuur? En wat met de rest van de geul? Graven we die dan verder uit naarmate de zeespiegel stijgt?

Meer weten? Lees het artikel in ‘De Grote Rede’ of breng een bezoek aan de projectwebsite.

Bron: De Grote Rede

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek