Limburgse imkersverenigingen gaan nauwer samenwerken
Drie Limburgse imkersverenigingen gaan in de toekomst uitgebreid samenwerken om de sector nieuwe impulsen te geven. “De imkerij staat al een aantal decennia onder druk en de nood aan versterking en professionalisering in de bijenteelt is groot”, klinkt het. De samenwerking zal zich concentreren rond het organiseren van cursussen, het begeleiden van startende imkers en rond onderzoek en ziektebestrijding.
Met meer dan 30 procent van de Vlaamse imkers is de imkerij in Limburg het sterkst vertegenwoordigd. Ook de omliggende provincies Antwerpen en Vlaams-Brabant tellen heel wat imkers. Dit is geen toeval, want in deze regio is ook de fruitsector gesitueerd. Zo is meer dan 53 procent van de oppervlakte aan fruitboomgaarden in België gelegen in Limburg. Jaarlijks levert de bestuiving van de fruitbloesems door de bijen een economische meerwaarde op van meer dan 150 miljoen euro in de Limburgse land- en tuinbouw.
Sinds een aantal decennia kampt de sector echter met enkele structurele problemen. Niet alleen is de bijensterfte een groot probleem, maar ook het stoffige imago van de sector en het dalend aantal imkers zorgt ervoor dat de fruittelers elk jaar opnieuw moeite hebben om voldoende bijenvolken te kunnen inzetten voor de bestuiving van de fruitbloesems. De nood aan versterking en professionalisering van de bijenteeltsector is dan ook groot.
Om die reden hebben de Limburgse Imkersbond (LIB vzw), het Federaal Imkersverbond (FIV vzw) en de Limburgse afdelingen van de Vlaams-Nederlandse Imkersfederatie (VNIF vzw) beslist om voortaan uitgebreid te gaan samenwerken. “Wij willen onze leden een hart onder de riem steken door aan te tonen dat we oplossingen willen uitwerken voor de problemen in de sector”, klinkt het bij de Limburgse verenigingen. “Samen staan we sterker.”
Via de ondertekening van een charter hebben de drie imkersverenigingen afspraken vastgelegd die de leidraad vormen voor de samenwerking. “Gezamenlijke organisatie van cursusmomenten en begeleiding van startende imkers zal onze werking niet alleen professionaliseren, maar zal er ook voor zorgen dat we meer jongeren kunnen warm maken voor onze boeiende hobby”, zeggen de initiatiefnemers. De imkersbonden pleiten ook voor een gecentraliseerde aanpak van ziektebestrijding en onderzoek. De samenwerking moet imkers ondersteunen en vlotter laten samenwerken met partners binnen en buiten de sector.
Op termijn willen de Limburgse imkers komen tot een bijenteeltconsulent die dagdagelijks aanspreekbaar is voor de imker en het publiek dat vragen heeft over de bijenteelt. Deze consulent moet ook het wetenschappelijk onderzoek ondersteunen in Limburg en een oplossing trachten te bieden voor de problemen die zich momenteel stellen in de bijenteelt. De imkersverenigingen zijn nog op zoek naar de nodige infrastructuur en financiële middelen om deze bijenteeltconsulent aan te kunnen werven.
Naast meer samenwerking binnen de verschillende imkersbonden wil het charter ook de banden met wetenschappelijke instellingen aanhalen. Zo ondertekenden ook De Lieteberg, een bezoekerscentrum dat over heel wat praktische kennis van de bijenteelt beschikt, en professor Michel Asperges van het laboratorium voor Moleculaire en Fysische Plantenfysiologie van de Universiteit Hasselt de overeenkomst. Beide partners zullen bijdragen aan een professioneel en wetenschappelijk onderbouwd fundament voor de verdere samenwerking.
De drie deelnemende imkersverenigingen vertegenwoordigen naar eigen zeggen meer dan 95 procent van het aantal aangesloten imkers in Limburg. “We mogen dan ook stellen dat we op provinciaal niveau hét aanspreekpunt voor de sector zullen vormen en zullen naar buiten treden onder de naam Koepel Limburgse Imkers”, luidt het. Met de samenwerking die nu tot stand komt, willen ze ook de imkers die bij geen enkele imkersvereniging aangesloten zijn, bereiken.
