Veel negatieve ervaringen bij stoppen met staartknippen

Varkenshouders zien het staartknippen nog altijd als het meest vanzelfsprekende middel om staartbijten te voorkomen. Ze beschouwen een lange staart als een risicofactor en vinden een krul in de staart niet erg belangrijk voor het imago van de varkenshouderij. Dat blijkt uit een onderzoek van het Nederlandse Landbouweconomisch Instituut (LEI).
26 januari 2010  – Laatste update 4 april 2020 14:53
Lees meer over:

Varkenshouders zien het staartknippen nog altijd als het meest vanzelfsprekende middel om staartbijten te voorkomen. Ze beschouwen een lange staart als een risicofactor en vinden een krul in de staart niet erg belangrijk voor het imago van de varkenshouderij. Dat blijkt uit een onderzoek van het Nederlandse Landbouweconomisch Instituut (LEI).

Enkele dierenrechtenorganisaties maakten vorige week nog hun beklag over het grote aantal inbreuken op de dierenwelzijnswet in de varkenshouderij. Eén van de ingrepen die varkenshouders uitvoeren, is het preventief knippen van staarten. Op die manier maken ze komaf met staartbijten, een fenomeen dat niet alleen welzijns- en gezondheidsproblemen bij varkens veroorzaakt, maar ook leidt tot economische schade en verminderde arbeidsvreugde voor de boer. Europa verbiedt staartknippen niet, maar het mag niet routinematig gebeuren.

In opdracht van het Nederlandse landbouwministerie werden 487 gangbare en 33 biologische varkenshouders telefonisch ondervraagd over dit onderwerp. Gevraagd naar de belangrijkse welzijnsproblemen in de varkenshouderij, gaf bijna de helft van de boeren aan dat die er niet zijn of dat ze niet wisten welke ze zouden moeten noemen.

Bijten - niet alleen staartbijten, maar ook bijten aan oren en andere ledematen - werd door acht procent van de ondervraagde varkensboeren vermeld. Op de vraag naar de frequentie van staartbijten, antwoordde 36,4 procent van de gangbare boeren met opfokgelten, 50 procent van de gangbare boeren met gespeende biggen en 44 procent van de gangbare boeren met vleesvarkens dat staartbijten niet voorkomt op hun bedrijf.

Waar staartbijten wel voorkomt, is dat meestal het geval bij slechts één à vijf procent van de dieren. De ervaringen van varkenshouders die geprobeerd hebben om met staartknippen te stoppen, zjin doorgaans negatief. Een derde van de geënquêteerde boeren heeft dat ooit gedaan, maar de helft geeft aan dat toen bij meer dan twintig procent van de varkens staartbijten optrad.

Om de nood tot het couperen van staarten te verminderen, gebruiken gangbare boeren vaak afleidingsmateriaal in de vorm van bijvoorbeeld een ketting of een plastic bal. Het toevoegen van stro of ander verrijkingsmateriaal blijkt niet populair te zijn. De klassieke varkenshouders zijn het eens met hun biologische collega's dat een verbeterd stalklimaat heilzaam kan werken bij de preventie van staartbijten. Om dat te realiseren, vinden ze financiële ondersteuning van overheidswege noodzakelijk.

Meer informatie: Stoppen met couperen?

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek