"Boeren krijgen MAP 6 door de strot geramd"

Waar de krant De Standaard schreef dat het politiek akkoord over het zesde mestactieplan een opsteker is voor de nieuwe minister Koen Van den Heuvel komt er allerminst applaus vanwege de landbouworganisaties. Om tot een akkoord te komen tussen meerderheidspartijen CD&V, Open Vld en N-VA, zijn er last minute nog veel aanpassingen gebeurd aan het ontwerp waarover drie jaar intensief overleg is gepleegd. Deze verstrengingen maken het mestbeleid volgens het Algemeen Boerensyndicaat onwerkbaar voor landbouwers. Dat de organisatie zwaar misnoegd is, mag uit deze commentaar blijken: “Terwijl dwangvoedering bij eenden in Vlaanderen niet meer mag, veroorloven sommige politici en kabinetsmedewerkers het zich om een ongemeen scherp mestdecreet door onze strot te rammen.”
27 maart 2019  – Laatste update 4 april 2020 15:46
Lees meer over:

Waar de krant De Standaard schreef dat het politiek akkoord over het zesde mestactieplan een opsteker is voor de nieuwe minister Koen Van den Heuvel komt er allerminst applaus vanwege de landbouworganisaties. Om tot een akkoord te komen tussen meerderheidspartijen CD&V, Open Vld en N-VA, zijn er last minute nog veel aanpassingen gebeurd aan het ontwerp waarover drie jaar intensief overleg is gepleegd. Deze verstrengingen maken het mestbeleid volgens het Algemeen Boerensyndicaat onwerkbaar voor landbouwers. Dat de organisatie zwaar misnoegd is, mag uit deze commentaar blijken: “Terwijl dwangvoedering bij eenden in Vlaanderen niet meer mag, veroorloven sommige politici en kabinetsmedewerkers het zich om een ongemeen scherp mestdecreet door onze strot te rammen.”

Ieder nieuw mestactieplan is al strenger geweest dan het vorige zodat het steeds lastiger wordt om een evenwicht te vinden tussen ecologie en economie. Aan de ontwerptekst van MAP 6 is drie jaar intensief overleg voorafgegaan tussen landbouw- en milieuorganisaties, Mestbank, Vlaamse Milieumaatschappij, wetenschappers en het kabinet van de bevoegde minister. Nu waren we in de fase beland dat de regeringspartijen het nog eens moesten geraken over het ontwerp, waarna het mestdecreet ter stemming voorgelegd kan worden in het Vlaams Parlement.

Begin deze week meldde De Standaard dat er een politiek akkoord was over de vertaling van het ontwerp-mestactieplan in wetgeving. Op dat moment was er nog geen officieel communiqué verspreid. In het licht van de tegenvallende meetresultaten, waarbij de status quo van de jongste jaren onder invloed van vooral de droogte omboog in een verslechtering van de waterkwaliteit, zijn er op het laatste moment nog heel wat verstrengingen aangebracht. Aangezien de kritiek op het mestbeleid de voorbije weken niet alleen van Groen en sp.a kwam, maar ook van binnen de meerderheid in de Vlaamse regering, heeft N-VA hier wellicht op aangedrongen bij coalitiepartners CD&V en Open Vld.

Voor het Algemeen Boerensyndicaat (ABS) is het late gesleutel aan het mestbeleid “een flagrante miskenning van de tijd en energie die gestoken is in het zoeken naar bijsturingen van MAP 5, dit om te komen tot een verfijning die haalbaar en toch enigszins verdedigbaar leek, zowel voor de sector als op politiek niveau.” Het resultaat van de koerswijziging is volgens het Algemeen Boerensyndicaat een mestbeleid dat niet afgetoetst is op zijn haalbaarheid bij de landbouwsector, en van een strengheid getuigt die niet wetenschappelijk onderbouwd is. Eerder noemde Boerenbond het bijgestuurde mestbeleid al “een harde noot om kraken”, met als (enige) positieve kanttekening dat er nu eindelijk duidelijkheid is en de broodnodige derogatie tegenover Europa verdedigd kan worden.

“Hoe je het ook draait of keert”, zegt ABS-voorzitter Hendrik Vandamme, “strengere regels opleggen zonder wetenschappelijke onderbouwing getuigt niet van deugdelijk bestuur, eerder van plat opportunisme.” Dat is vooral een boze verwijzing naar de sterke koppeling in het nieuwe mestbeleid tussen bemesting en grondwaterkwaliteit, “terwijl er niet altijd en overal een één-op-één-relatie is tussen die twee”. Voor oppervlaktewater werd de drempel in eerste instantie gelegd op gemiddeld 20 mg nitraat per liter water, maar de meerderheidspartijen hebben onderling afgesproken dat tot 18 mg te laten zakken.

Zowel voor grond- als voor oppervlaktewater wordt in de toekomst met gemiddelden en niet met piekconcentraties gewerkt. Dat sust het Algemeen Boerensyndicaat niet want, zo zegt Vandamme, “de drempelwaarden zijn zo laag gelegd dat we onvermijdelijk op nieuwe problemen stoten bij de eerstvolgende evaluatie doordat de extreme droogte van 2018 niet als vorm van overmacht kan beschouwd worden. Daardoor zal de plotse stijging van nitraat in de waterlopen, zoals we die nu gemeten hebben de voorbije winter, niet afgevlakt worden, met alle gevolgen van dien.” Hij zit hiermee reeds met zijn gedachten bij de tussentijdse evaluatie in de zomer van 2020, waar de slechte resultaten van het winterjaar 2018-2019 ter sprake zullen komen.

En hij betreurt dan ook dat het hervormde mestbeleid op geen enkele manier rekening houdt met zulke weersextremen. Naar verluidt heeft de rede het verloren en worden de duimschroeven aangespannen, ook in gebieden waar de doelstellingen (voor oppervlaktewater) al jaar en dag gehaald worden. Zuid-Oost-Vlaanderen wordt als voorbeeld gegeven van een regio met een goede oppervlaktewaterkwaliteit. In MAP 6 worden hier toch de strengst denkbare regels opgelegd omdat er voortaan ook naar de grondwaterkwaliteit gekeken wordt. Volgens Vandamme krijg je aan een landbouwer die actief was buiten focusgebied niet uitgelegd waarom hij plots in gebiedstype 3 valt, waar de bemestingsnorm jaar na jaar scherper wordt. “Meer dan 30.000 hectare gaat door het zesde mestactieplan onder een strenger bemestingsregime vallen.”

Voor de problemen die zich vooral in het IJzer- en Leiebekken situeren, is de sector niet blind. Toch voelt het voor het boerensyndicaat aan alsof er electoraal gescoord moet worden op kap van de landbouwsector. De meerjarentrend was er immers nog altijd één van dalende nitraatconcentraties bij de rode MAP-meetpunten. Wie de meetresultaten in detail bekeek, constateerde immers ook op plaatsen waar een meetpunt rood kleurde minder hoge nitraatoverschrijdingen. Voorzitter Vandamme: “Vanuit de sector zelf werd voor de ontwerptekst van MAP 6 meegegaan tot op een punt dat werkbaar was en waarbij de balans ecologie-economie nog enigszins bewaard bleef. Dat kan nu niet meer gezegd worden, maar het is wat het is en verwacht er als regering geen applaus voor van onze kant.”

De veldwerkzaamheden worden nu na een periode van regen weer hervat en gaan wellicht niet meer stilvallen tot alle velden bemest, geploegd en gezaaid zijn. Voor overheid en landbouworganisaties wordt het daarom nog een hele uitdaging om landbouwers in volle voorjaarsdrukte te informeren over het nieuwe mestbeleid. Niet eerder heeft Hendrik Vandamme zo erg opgezien tegen die taak: “Het is onze plicht de leden-landbouwers te informeren om te vermijden dat ze tegen sancties aanlopen, maar we zullen hen wel duidelijk maken dat het mestactieplan dat wij mee onderhandeld hebben er anders uit zag.”

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek