Europa bereid om insecten aan te wenden als kippenvoer

Voor de eiwitcomponent in het krachtvoeder blijft de veehouderij afhankelijk van invoer. Europa importeert jaarlijks 17 miljoen ton ruwe eiwitten (sojaschroot, nvdr.) uit landen als Brazilië, Argentinië en de VS. Om onze zelfvoorziening op te krikken, worden verschillende pistes gevolgd waaronder het gebruik van insecten. Sedert 2017 staat Europa al verwerkte insecten toe in vismeel. Als reactie op een vraag van Europarlementslid Tom Vandekendelaere (CD&V) laat de Commissie weten dat een uitbreiding naar niet-herkauwers, zoals pluimvee, onderzocht wordt.

Voor een evenwichtige voeding van onze veestapel zijn eiwitten nodig. Het probleem is dat we die zelf in onvoldoende mate produceren. Europees parlementslid Tom Vandekendelaere citeert uit een recent voortgangsrapport enkele cijfers die dat illustreren: 79 procent zelfvoorzienend voor koolzaad, 42 procent voor zonnebloemzaad en 5 procent voor soja. Dat maakt de veehouderij in Europa sterk afhankelijk van soja-import, onder meer uit Brazilië. Op jaarbasis gaat het om een totaal importvolume van 17 miljoen ton sojaschroot.

Zowel op Europees niveau als hier in Vlaanderen worden inspanningen geleverd om plantaardige eiwitten meer lokaal te telen. Onder meer door landbouwonderzoeksinstituut ILVO wordt geëxperimenteerd met soja. Met de teelt van andere eiwitrijke gewassen zoals gras-klaver en veldbonen is al meer ervaring opgedaan. De import van soja is echter zo groot, en relatief goedkoop, dat meerdere pistes verkend worden om de afhankelijkheid te verkleinen. Een veelbelovende denkpiste is insecten kweken en verwerken in veevoeder. Dat erkende de Europese Commissie eerder al door een strategisch veiligheidsconcept voor insecten als veevoeder uit te werken. “Sedert 2017 staat Europa al verwerkte insecten toe in vismeel”, weet Vandekendelaere.

Hij richtte een parlementaire vraag aan de Commissie om te weten of een uitbreiding van die beperkte toelating op korte termijn tot de mogelijkheden behoort. Tom Vandekendelaere: “Ik vernam van bevoegd commissaris Andriukaitis dat men momenteel onderzoekt of deze praktijk kan worden uitgebreid voor niet-herkauwende dieren, zoals pluimvee. De technische besprekingen met de lidstaten zijn intussen al begonnen. De bocht is dus ingezet en dat is erg goed nieuws. Om werk te maken van de kringlooplandbouw én tegelijk zelfvoorzienend te worden moeten we out of the box denken. Insectenkweek voor veevoeder is meer dan een oplossing, het is de toekomst.”