“Houtsnippers verrijken bodem”

In zowat heel Vlaanderen vormen de lage organische-stofgehaltes in de landbouwbodems een belangrijk probleem. “Organische stof is echter de sleutel tot een goede bodemkwaliteit, een betere waterhuishouding en nutriëntenbindend en –leverend vermogen”, klinkt het bij het Agrobeheercentrum Eco². Geïnspireerd door praktijkervaring in Haspengouw, gingen onderzoekers ook in de Kempen aan de slag met houtsnippers uit houtkantenbeheer en onderzochten ze het potentieel ervan als bodemverbeteraar in de landbouw.
29 juni 2020  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:55

In zowat heel Vlaanderen vormen de lage organische-stofgehaltes in de landbouwbodems een belangrijk probleem. “Organische stof is echter de sleutel tot een goede bodemkwaliteit, een betere waterhuishouding en nutriëntenbindend en –leverend vermogen”, klinkt het bij het Agrobeheercentrum Eco². Geïnspireerd door praktijkervaring in Haspengouw, gingen onderzoekers ook in de Kempen aan de slag met houtsnippers uit houtkantenbeheer en onderzochten ze het potentieel ervan als bodemverbeteraar in de landbouw.

Houtsnippers zijn ideaal om het organische-stofgehalte in de bodem op lange termijn vele malen sneller te verhogen dan organische mest, teeltresten en zelfs compost. “Door hun hoge C/N-verhouding en hoog gehalte aan resistent organisch materiaal breken houtsnippers immers trager af en brengen ze meer effectieve organische koolstof in de bodem, waardoor de koolstofvoorraad duurzaam wordt opgebouwd”, verduidelijkt Leen Vervoort, regiocoördinator Agrobeheercentrum Eco² .

Uit de veldproeven in de Kempen bleek dat de positieve effecten van houtsnippers nog weinig of niet zichtbaar zijn in de eerste jaren na toediening. Maar simulaties tonen aan dat het humusgehalte op lange termijn sterk kan stijgen na toediening van houtsnippers. Een bodemparameter die wel op korte termijn sterk beïnvloed kan worden door het toepassen van houtsnippers, is de hoeveelheid beschikbare stikstof. De afbraak van de houtsnippers door bodemmicro-organismen gaat immers gepaard met een tijdelijke vastlegging van minerale stikstof.

“Dat kan een gewenst effect zijn - minder stikstofuitspoeling in het najaar en de winter - maar kan ook tijdelijk leiden tot stikstoftekorten bij de gewassen en dus verlies aan opbrengst”, weet Mia Tits, werkzaam bij de Bodemkundige Dienst van België. “Het is daarom zeer belangrijk om na de toediening in het najaar een (vlinderbloemige) groenbedekker in te zaaien, zodat deze stikstof kan opnemen en in het voorjaar opnieuw vrijgeven voor de volgende teelt. Volg in ieder geval ook het minerale-stikstofgehalte in de bodem voor de volgende teelt goed op.”

Om houtsnippers rechtstreeks in te werken op landbouwgronden zijn er twee pistes: ofwel ben je in het bezit van een duurzaam beheerplan voor de houtkanten, ofwel van een grondstoffenverklaring. “In het laatste geval, wanneer de houtsnippers initieel als afval worden beschouwd, kan voor dit materiaal en deze specifieke toepassing een grondstoffenverklaring aangevraagd worden bij OVAM”, aldus Leen Vervoort. Intussen is OVAM, met de medewerking van de Bodemkundige Dienst van België en Agrobeheercentrum Eco², bezig met het uitwerken van een praktisch wetgevend kader uit voor de milieukundig verantwoorde toepassing van houtige biomassa als bodemverbeteraar.

Door houtsnippers afkomstig van lokaal houtkantenbeheer te gebruiken, worden kringlopen gesloten in het agrarisch landschap. “Het opslaan van koolstof in de bodem is ook een maatregel in de strijd tegen de klimaatverandering en dus een manier om de draag- en veerkracht van ons ecosysteem te versterken”, gaat Leen Vervoort verder.

Het kostenplaatje van deze techniek (aanplant- en beheerkost van houtkanten, verwerking, stockage en toediening van houtsnippers, eventuele opbrengstderving door initiële stikstofimmobilisatie) vormt echter een drempel om de techniek in te zetten bij een duurzaam bodembeheer. “Maar moet de landbouwer deze kost alleen dragen?”, vraagt Leen Vervoort zich af. “Zeker nu Europa meer de kaart trekt van agrobiodiversiteit, is het aan Vlaanderen om dergelijke maatregelen te stimuleren en gedragen door te voeren in het landbouwbeleid.”

Beeld: RLM

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek