Kennispendelaars maken van boeren bodemspecialisten

Bodemspecialisten uit Vlaanderen en Nederland bundelen de krachten om de aanwezige kennis beter te laten doorstromen naar de praktijk. Het Interreg-project Leve(n)de Bodem staat open voor alle land- en tuinbouwers uit de grensregio. Zij kunnen nu al hun interesse kenbaar maken, of de officiële start van het project op 28 maart bijwonen bij Inagro in Rumbeke, nabij Roeselare in West-Vlaanderen. De projectpartners gaan bestaande inzichten en tools beter verspreiden, ondernemersgroepen opstarten, demonstraties organiseren en deskundigen het veld in sturen die de schakel vormen tussen onderzoek en praktijk (de zogenaamde ‘kennispendelaars’). De kennisoverdracht staat in het teken van een hoger organische stofgehalte van de bodem, een betere bodemstructuur en een meer evenwichtige nutriëntenmix.
3 maart 2017  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:39
Lees meer over:

Bodemspecialisten uit Vlaanderen en Nederland bundelen de krachten om de aanwezige kennis beter te laten doorstromen naar de praktijk. Het Interreg-project Leve(n)de Bodem staat open voor alle land- en tuinbouwers uit de grensregio. Zij kunnen nu al hun interesse kenbaar maken, of de officiële start van het project op 28 maart bijwonen bij Inagro in Rumbeke, nabij Roeselare in West-Vlaanderen. De projectpartners gaan bestaande inzichten en tools beter verspreiden, ondernemersgroepen opstarten, demonstraties organiseren en deskundigen het veld in sturen die de schakel vormen tussen onderzoek en praktijk (de zogenaamde ‘kennispendelaars’). De kennisoverdracht staat in het teken van een hoger organische stofgehalte van de bodem, een betere bodemstructuur en een meer evenwichtige nutriëntenmix.

De bodem is de voornaamste productiefactor voor de grondgebonden land- en tuinbouw. Om jaar na jaar tot goede gewasopbrengsten te komen, is een kwalitatieve bodem cruciaal. Innovatieve teelttechnieken zoals aangepaste machines en minerale meststoffen hebben bijgedragen tot de verhoging van de opbrengsten, maar hebben soms ook nadelige gevolgen die leiden tot een verminderde bodemkwaliteit. Die gevolgen zijn uiterst zichtbaar na slechte weersomstandigheden, zoals het natte voorjaar van 2016. Bij de inzet van middelen en machines is het van belang dat landbouwers rekening houden met de draagkracht van de bodem, zowel op fysisch, chemisch als biologisch vlak. Schade aan de bodem, zoals erosie of bodemverdichting, is immers moeilijk tot niet omkeerbaar.

Door bedachtzaam om te gaan met de bodem houdt een landbouwer de bodemvruchtbaarheid en -kwaliteit in stand. Maar hoe kan hij dat concreet doen? Dat hoeven boeren en tuinders in de grensregio Vlaanderen-Nederland niet op eigen houtje uit te zoeken. Het project Leve(n)de Bodem installeert een brede samenwerking tussen onderzoeksinstellingen en landbouwers met het oog op een betere bescherming van de bodemkwaliteit. Enerzijds moeten de inzichten, technieken, tools en modellen ontwikkeld vanuit talrijke Europese, regionale en Interreg-projecten (o.a. Demeter, Bodembreed, Prosensols) bij de landbouwers beter bekend geraken. Anderzijds is een transitie in denken en doen van landbouwers noodzakelijk om de vernieuwende technieken uit te testen en ingang te doen vinden.

Het project wil de kloof tussen onderzoek en praktijk dichten en maximaal inzetten op de implementatie en de uitvoering van kennis in de praktijk. Dat wordt een belangrijke opdracht voor de ‘kennispendelaars’ die zorgen voor individuele begeleiding. Het gaat om deskundigen die samen met de ondernemer een totaalbeeld proberen te krijgen van de bodemkwaliteit van een perceel. Dat leidt tot actiepunten, waarvoor de deskundige en de ondernemer samen oplossingen zoeken. Kosten en opbrengsten van maatregelen worden goed afgewogen. Het team van kennispendelaars vormt de schakel tussen onderzoek en praktijk, en dat in de beide richtingen.

In de gehele grensregio richten de uitvoerders van het project ondernemersgroepen op die samenkomen rond bodemgerelateerde thema’s, zoals peilgestuurde drainage, alternatieve manieren van bodembewerking en bodemstructuur. Zo ontstaat er kennisuitwisseling tussen Vlaanderen en Nederland, onderzoekers en landbouwers en landbouwers onderling. Bepaalde ondernemersgroepen gaan zeer intensief aan de slag op één of meer percelen, passen praktijkrijpe innovaties toe en wisselen onderling ervaringen uit. Nieuwe technieken die beloftevol lijken, zullen door de proefcentra gedemonstreerd worden op eigen proefvelden of op praktijkpercelen. Alle innovaties in bodemthema’s, zoals precisielandbouw, verdichting, bodemmoeheid en gewasrestenbeheer kunnen aan bod komen in de veldexcursies.

Landbouwers werken dagelijks met de bodem. De invloed van hun handelingen op de bodem is hun zorg. Het einddoel van het project is om samen met landbouwers te komen tot een betere bescherming van de bodemkwaliteit, door bodemvriendelijke technieken en een goede gewasopbrengst hand in hand te laten gaan. Geïnteresseerden kunnen zich alvast inschrijven op de nieuwsbrief via de projectwebsite. Ze zijn ook welkom op de aftrap van het project op 28 maart bij het West-Vlaamse praktijkcentrum Inagro. De andere Vlaamse projectpartners zijn PCG in Kruishoutem, Hooibeekhoeve, PIBO-Campus in Tongeren, provincie Vlaams-Brabant en de afdeling ALBON van het Departement Leefmilieu. Voor Nederland zijn dat Proefboerderij Rusthoeve, Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisatie (ZLTO) en kenniscentrum Delphy.

Beeld: provincie Vlaams-Brabant

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek