Land- en tuinbouw erkend als 1 van 8 onderwijsdomeinen

De onderwijshervorming zoals beslist door de Vlaamse regering erkent land- en tuinbouw als een apart onderwijsdomein. Dit is bijzonder goed nieuws voor de landbouwscholen, maar ook voor de landbouwsector in zijn totaliteit. Door in het onderwijs in te spelen op de specificiteit van de sector zijn toekomstige bedrijfsleiders en medewerkers beter voorbereid op wat hen te wachten staat. Tot de tweede graad in het secundair landbouwonderwijs zullen leerlingen breed gevormd worden, om zich daarna te kunnen toeleggen op een studierichting. Boerenbondvoorzitter Sonja De Becker reageert ook enthousiast op het hoger beroepsonderwijs en duaal leren. Met beide maatregelen tilt minister Hilde Crevits het beroepsonderwijs naar een hoger niveau.
14 januari 2017  – Laatste update 4 april 2020 15:32
Lees meer over:

De onderwijshervorming zoals beslist door de Vlaamse regering erkent land- en tuinbouw als een apart onderwijsdomein. Dit is bijzonder goed nieuws voor de landbouwscholen, maar ook voor de landbouwsector in zijn totaliteit. Door in het onderwijs in te spelen op de specificiteit van de sector zijn toekomstige bedrijfsleiders en medewerkers beter voorbereid op wat hen te wachten staat. Tot de tweede graad in het secundair landbouwonderwijs zullen leerlingen breed gevormd worden, om zich daarna te kunnen toeleggen op een studierichting. Boerenbondvoorzitter Sonja De Becker reageert ook enthousiast op het hoger beroepsonderwijs en duaal leren. Met beide maatregelen tilt minister Hilde Crevits het beroepsonderwijs naar een hoger niveau.

Zaterdag ontving Boerenbondvoorzitter Sonja De Becker Vlaams minister van onderwijs Hilde Crevits op de landbouwbeurs Agriflanders in Gent. Gespreksonderwerp voor het dagelijkse ‘landbouwpraatje’ op de beurs was de onderwijshervorming die ook voor de landbouwsector belangrijk is. Bij de goedkeuring van de onderwijshervorming door de Vlaamse regering is land- en tuinbouw aangeduid als één van de acht onderwijsdomeinen. Dit opent nieuwe mogelijkheden voor de landbouwscholen, “directeurs staan te popelen om hiermee aan de slag te gaan”, zegt minister Crevits.

De erkenning als apart onderwijsdomein ziet Boerenbondvoorzitter De Becker als een structurele verankering van de specificiteit van het land- en tuinbouwonderwijs. “Ook met onze tweede bekommernis is rekening gehouden, namelijk aansluiting zoeken bij de praktijk door bijvoorbeeld in de studierichtingen nog altijd de keuze te laten tussen ‘plant’ en ‘dier’.” In de eerste hervormingsvoorstellen was de derde graad dierlijke en plantaardige productie in één studierichting samengebracht. De opsplitsing tussen opleidingen voor zij die in de land-tuinbouw willen gaan werken en zij die willen verder studeren om bedrijfsleider te worden, vindt Boerenbond eveneens positief.

Minister Crevits legt uit dat aan de onderwijshervorming een brede consultatieronde is voorafgegaan, waarbij ook de landbouwsector is gehoord. “Dat landbouwscholen een ‘domeinschool’ worden, betekent dat ze richtingen kunnen aanbieden van ASO tot en met BSO”, zegt de minister. Boerenbond had op voorhand zijn oor goed te luister gelegd bij de landbouwscholen zodat het de minister nu kan verzekeren dat deze hervorming volledig aan de verwachtingen voldoet. Over het verder bestaan van het zevende jaar BSO is nog niets beslist. Vanuit Boerenbond wordt er op aangedrongen om deze beroepsgerichte specialisatiejaren ook in de toekomst te organiseren. “Voor heel wat leerlingen uit land- en tuinbouw vormt dit zevende jaar een ideale gelegenheid om zich een jaar te specialiseren alvorens het beroepsleven in te stappen.”

Volgens Crevits is de beslissing uitgesteld omdat nagedacht wordt over de organisatie van het studieaanbod op zodanige manier dat leerlingen uit het BSO al na zes jaar een diploma verwerven. Wat volgens haar niet wegneemt dat er veel draagvlak is voor een zevende specialisatiejaar. In het besef dat fulltime leren niet voor iedereen de beste weg naar een diploma is, heeft deze regering ook werk gemaakt van het zogenaamde ‘duaal leren’. Crevits: “We creëren de mogelijkheid om een diploma te behalen met de combinatie van school en praktijk. Duaal leren wil zeggen dat leerlingen ongeveer de helft van hun tijd op school zitten en de andere helft van de tijd aan de slag gaan op een bedrijf.”

Dat kan een landbouwbedrijf zijn zodat jongeren met veel voeling voor de praktijk zullen afstuderen. Sonja De Becker haast zich om te zeggen dat leren en niet werken op het bedrijf vooropstaat. De leerlingen mogen niet behandeld worden als goedkope arbeidskrachten. Er moet tijd in hen gestoken worden zodat daar later de vruchten van geplukt kunnen worden. “De tuinbouw en tuinaanleg zijn twee sectoren met een grote behoefte aan goede productiemedewerkers”, weet de voorzitter van Boerenbond. Crevits vermeldde ook het hoger beroepsonderwijs. De minister wil daar korte maar volwaardige opleidingen aan de hogescholen van maken. Zij beschouwt het als praktijkgerichte “niche-opleidingen” die het beroepsonderwijs naar een hoger niveau tillen.

Wat je leerlingen via onderwijs wil bijbrengen, hangt af van de eisen die het bedrijfsleven stelt. “Wij maakten die oefening door beroepskwalificaties af te bakenen die door het onderwijs vertaald kunnen worden in onderwijskwalificaties”, zegt Sonja De Becker. Daarnaast moet je jongeren volgens minister Crevits ook algemeen vormen zodat ze uitgroeien tot weerbare persoonlijkheden die over brede algemene vaardigheden beschikken. “Het begint allemaal bij een goede opleiding, bij goed onderwijs én bij naschoolse vorming”, besluit de voorzitter van Boerenbond. Ze brengt daarbij de omvorming van NCBL in AgroCampus in herinnering, “wat meer is dan een nieuwe naam maar getuigt van ambitie om onze naschoolse vorming naar een hoger niveau te tillen.”

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek