Mosselbanken in de strijd tegen kusterosie

Het wetenschappelijk project ‘Coastbusters’ krijgt een vervolgfinanciering om verder te zoeken naar de mogelijkheid om levende, natuurlijke kustbeheerders in te zetten om kustzones te beschermen. De voorbije drie jaar werden er interessante tests uitgevoerd met 3 levende organismen: zeewier- en zeegrasvelden, mosselbanken én schelpkokerwormen als verstevigers van de laagwaterlijn.
12 maart 2020  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:53
Het wetenschappelijk project ‘Coastbusters’ krijgt een vervolgfinanciering om verder te zoeken naar de mogelijkheid om levende, natuurlijke kustbeheerders in te zetten om kustzones te beschermen. De voorbije drie jaar werden er interessante tests uitgevoerd met 3 levende organismen:  zeewier- en zeegrasvelden, mosselbanken én  schelpkokerwormen als verstevigers van de laagwaterlijn.
Coastbusters 2.0 werkt nu verder op één piste: de haalbaarheid van mosselen als bio-bouwer. Hoe kan je mosselbedden optimaal induceren, vertrekkende vanaf de mossellarven? En hoe kan je de beginnende mosselbanken stevig laten vergroeien op de zeebodem?
 
De laatste weken kregen we in Vlaanderen af te rekenen met verschillende stormen. Van Ciara over Dennis tot Ellen, één na één opnieuw een uitdaging om onze kustlijn te vrijwaren. “Met Coastbusters hebben we de ambitie de zanderosie aan onze kust te verminderen zodat er minder zandopspuitingen nodig zijn na stormen”, zegt Vlaams minister van Innovatie Hilde Crevits. “Deze unieke samenwerking tussen het bedrijfsleven en onze kennisinstellingen zoals VLIZ en ILVO krijgt dan ook terecht opnieuw Vlaamse steun. Met dit project maken we samen werk van innovatieve en natuurlijke kustverdediging.”
 
De Coastbusters-partners gaan er van uit dat natuurlijke riffen – indien deskundig gesitueerd en beheerd – kunnen helpen om zeezand te fixeren en golven af te zwakken waardoor de kust beter en duurzamer wordt beveiligd tijdens grote stormen. “In de zeeën en oceanen kunnen er soms spontaan bio-systemen ontstaan die een duidelijk kustverdedigend effect hebben”, vertelt Jan Seys van VLIZ. “Vraag is dus of, en zo ja, hoe dergelijke natuurlijke kustverdedigers op de gewenste kwetsbare zones kunnen worden aangebracht en gestimuleerd om zichzelf in stand te houden.”
 
Kustgebieden staan steeds meer onder druk door het veranderend klimaat. De zeespiegel stijgt en extremere weersomstandigheden, denk aan stormen en hevige regens, komen frequenter voor. Allerlei menselijke activiteiten, bijvoorbeeld bouwwerken, hebben de natuurlijke veerkracht van kust-ecosystemen ook verlaagd.
 
“In de toekomst zullen traditionele oplossingen met zeeweringen zoals dijken, golfbrekers en strandhoofden in hun eentje ons onvoldoende beschermen tegen stranderosie”, zegt Jan Fordeyn van Jan DeNul. “Het is niet duurzaam om die zeeweringen eindeloos te blijven verhogen om het overstromingsgevaar in te dijken. Ze zijn ook erg duur, en ze werken verstorend op het kustmilieu.” Natuurlijke kustverdedigingssystemen met zogenaamde bio-bouwers vormen een ecologisch verantwoord en intelligent alternatief voor de klassieke harde structuren.
 
Op dit moment staan dergelijke natuurlijke kustverdedigingssystemen echter nog in de kinderschoenen.  
 
In het eerste Coastbusters-project werd voor 3 levende organismen bestudeerd welk verstevigend gedrag ze zouden kunnen stellen in de Noordzee. De experimenten vonden plaats in De Pannemet mosselen en wieren en eerste test met schelpkokerwormen,en in Bredene, Heist en Lombardsijde met schelpkokerwormen. 
 
Coastbusters 2.0 is op dit ogenblik in opstartfase. Het project zet in op de meest veelbelovende piste, namelijk de mosselbanken als levende kustbuffer tegen stormen. Concreet zoeken de onderzoekers antwoord op vragen zoals hoe mosselen beter gefixeerd kunnen worden op de bodem, nadat ze daar belanden vanaf de in het water hangende touwen, in welke mate mosselbedden effecten hebben op de omgevende zeebodem, welke ingrepen de vorming en overleving van artificiële mosselbanken vooruit helpen en wat de meerwaarde is van de riffen qua biodiversiteit en ecosysteemdiensten.
 
Coastbuster 2.0 breidt, in vergelijking met vorige experimenten, zijn testgebied uit tot twee zones. Eén  proefrif ligt op 2 kilometer uit de kust, achter een zandbank, in minder zware weerscondities. Eén ligt verder in zee, op 5 kilometer, voorbij een zandbank, waar er zwaardere weersomstandigheden zijn. “Zo kunnen we de vorming en bestendiging van het mosselrif in de diverse omgevingen vergelijken”, klinkt het.
 
Biogene riffen die kusterosie op een meer duurzame manier zullen beheren, zijn als concept erg innovatief. Ze zijn een belangrijke toevoeging aan ons arsenaal van duurzame technieken in de waterbouw.  “Wij verwachten dat de inzichten opgedaan in onze piloottests een competitieve valorisatie van duurzame technieken kunnen opleveren voor de betrokken industriële partners, ook internationaal”, zegt projectleider van Coastbusters 2.0 Tomas Sterckx (DEME). “De partners genereren een uitzonderlijk kennispakket.”
 
De samenwerking tussen industrie en wetenschap is een win-win voor de industriële partners en de publieke onderzoekscentra. “Kustverdediging is een van de grote uitdagingen voor de blauwe economie in de komende decennia”, besluit Caroline Ven van Blauwe Cluster. “De klimaatverandering noopt tot maatregelen die ons beter beschermen tegen de gevolgen van de stijgende zeespiegel en van hevigere stormen. De partners van de Blauwe Cluster gaan schouder aan schouder voor innovatieve, duurzame oplossingen.”
 

Bron: Eigen verslaggeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek