Radio 1-programma debatteert over verbod op pesticiden

Op donderdag wijdde het Radio 1-programma Hautekiet een volledige uitzending over de vraag of het gebruik van pesticiden – en meer bepaald glyfosaat – volledig moet verboden worden of niet. UGent-professor Pieter Spanoghe zat als expert in de studio. “Gewasbeschermingsmiddelen worden gebruikt om insecten, schimmels en onkruid te bestrijden, de mens is iets helemaal anders. Met een vliegenmepper ga je ook geen olifant doodslagen”, antwoordde hij op de vraag of deze stoffen een gevaar inhouden voor de mens. Over de impact ervan op de biodiversiteit was hij minder stellig.
1 juni 2018  – Laatste update 14 september 2020 14:45

Op donderdag wijdde het Radio 1-programma Hautekiet een volledige uitzending over de vraag of het gebruik van pesticiden – en meer bepaald glyfosaat – volledig moet verboden worden of niet. UGent-professor Pieter Spanoghe zat als expert in de studio. “Gewasbeschermingsmiddelen worden gebruikt om insecten, schimmels en onkruid te bestrijden, de mens is iets helemaal anders. Met een vliegenmepper ga je ook geen olifant doodslagen”, antwoordde hij op de vraag of deze stoffen een gevaar inhouden voor de mens. Over de impact ervan op de biodiversiteit was hij minder stellig.

Naar aanleiding van een opiniestuk in De Standaard over pesticiden besloot het programma Hautekiet de mening van de luisteraar te vragen over het onderwerp: ‘Moet het gebruik van pesticiden verboden worden?’, zo luidde de vraag. Professor Pieter Spanoghe van de vakgroep Fytofarmacie aan de UGent kreeg als eerste deze vraag voorgeschoteld. Hij plaatste meteen de nodige nuances bij de vraag. “Het is geenszins zo dat een appel bespoten wordt en meteen daarna wordt opgegeten, zoals in het opiniestuk wordt gesuggereerd. Er moet altijd rekening gehouden met een vooroogstinterval. Bovendien worden bestrijdingsmiddelen niet willekeurig gebruikt, landbouwers sproeien altijd zeer gericht”, stelt hij.

Hij verwijst naar de eenzijdige en vaak emotionele manier waarop over glyfosaat werd gesproken en geschreven. “Als je mij als wetenschapper vraagt of glyfosaat moest verboden worden, dan kan ik zeggen dat ik de laatste jaren alle gewasbeschermingsmiddelen die er de laatste jaren tussenuit gevallen zijn, meet op een meetlat die de impact op de mens en het milieu meet. Voor glyfosaat is er wat mij betreft nauwelijks impact. Met een totaalverbod gaan we zeker de gezondheid van mens of milieu niet verbeteren”, reageert professor Spanoghe. Volgens hem heeft de overheid een voorbeeld willen stellen om particulier gebruik van glyfosaat te verbieden omdat particulieren producten vaak niet volgens de regels gebruiken.

Ook Laurens De Meyer, beleidsmedewerker bij Bond Beter Leefmilieu (BBL) nam contact op met het programma. Hij pleitte voor een ander landbouwsysteem. “De huidige landbouwsystemen gebruiken heel veel pesticiden, maar er bestaan alternatieve systemen waarin die gifstoffen niet nodig zijn”, stelt hij. De suggestie van Hautekiet dat alle producten dan niet veel duurder gaan worden omdat het rendement daalt, volgde hij niet. “Onderzoek toont aan dat als die systemen lang genoeg in stand worden gehouden, er zich een natuurlijke kracht gaat ontwikkelen waardoor de opbrengsten hoger zijn.”

Vertrouwen in de wetenschap die moet oordelen over de schadelijkheid van die stoffen heeft De Meyer nog enigszins, maar volgens hem zijn er enorme lobbygroepen actief die de politiek duidelijk beïnvloeden. Volgens professor Spanoghe werkt die lobby van beide kanten. “En het is ook goed dat die lobby tegen gewasbeschermingsmiddelen er is, want het zorgt voor een evolutie naar meer duurzaamheid.” Als vertegenwoordiger van de lobby vóór gewasbeschermingsmiddelen kwam Marc Sneyers die voor fytoproducent Bayer werkt, aan het woord in het programma. “We zien dat de beslissingen steeds vaker genomen worden op basis van emotie en politieke doelstellingen in plaats van op wetenschap. “Daaruit concludeer ik dat we zeker niet de sterkste lobby hebben”, stelt hij.

De suggestie van een anonieme boer in het programma dat de voedingsindustrie de landbouw duwt in de richting van meer gewasbeschermingsmiddelen gebruikt, klopt volgens Sneyers, die ook landbouwer in bijberoep is, niet. “Het is wel zo dat er een bepaalde kwaliteit gevraagd wordt en soms zijn gewasbeschermingsmiddelen nodig om daaraan te voldoen. Maar het is een én-én-verhaal: kwaliteitsvol voedsel vraagt een gezonde voeding voor de plant, in een gezonde bodem en de inzet van nuttige insecten zoals bestuivers. Enkel wanneer het nodig is, zullen ook gewasbeschermingsmiddelen gebruikt worden.”

Een andere luisteraar was Jelle Vandenberghe, docent Gewasbescherming aan de Provinciale Hogeschool PXL in Hasselt. Hij werkt sterk rond biodiversiteit en hij merkt wel op dat het vooral in landbouwgebied slecht gaat met de biodiversiteit. “Een landbouwer kijkt vooral naar zijn opbrengst en zal vaak uit gewoonte teruggrijpen naar gewasbeschermingsmiddelen omdat het werkt. Vandaar noemt het ook een gewasbeschermingsmiddel”, aldus de docent. “Maar de impact op ons ecosysteem en op de biodiversiteit van het gebruik ervan is wel dermate groot.” Dit maakt volgens hem dat het ecosysteem uit evenwicht is waardoor er meer middelen nodig zijn. “Zo komt men in een vicieuze cirkel terecht en dat is niet optimaal”, aldus Vandenberghe.

Een aantal luisteraars bleek weinig vertrouwen te hebben in de neutrale controle op de toelating van deze middelen. “Heel wat instituten voeren onafhankelijk van elkaar onderzoek uit. Dat zijn geen gewone wetenschappers maar topspecialisten in het domein die bij elke twijfel over nadelige aspecten van pesticiden hun verantwoordelijkheid hierin zullen opnemen. Zij nemen hun beslissingen enkel op basis van feiten”, stelt professor Spanoghe gerust. Hij gelooft dat het systeem waterdicht is. “De Europese voedselveiligheidsautoriteit is op dat vlak een bunker. Elke detectie van mogelijke belangvermenging is gedocumenteerd.”

Landbouwjournalist Antoon Vanderstraeten vindt dat er veel te veel misinformatie wordt verspreid. “Neem nu bijvoorbeeld de suggestie dat een appel bespoten wordt en meteen daarna wordt opgegeten. Dat is geen realiteit. De realiteit is dat landbouwers een fytolicentie moeten halen en talloze regels moeten volgen en geld moeten investeren om gewasbeschermingsmiddelen te mogen gebruiken, terwijl een particulier de winkel kan binnenstappen en kopen wat hij wil.” Vanderstraeten hekelde die dubbele moraal van de burger. “Toen de fipronilcrisis uitbrak, moesten alle eieren vernietigd worden waar de consument niets meer moest van hebben, terwijl hij zijn kat of hond wel laat behandelen met pure fipronil.” Als landbouwjournalist pleit hij ervoor om een einde te maken aan de miscommunicatie en overdreven emotie.

Beluister het volledige programma hier.

Beeld: Amazone

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek