"Vleesconsumptie heeft tijdsgeest tegen"

Hoe kijk je als Federatie van het Belgisch Vlees (FEBEV) terug op een jaar waarin wanpraktijken in een slachthuis dagenlang het nieuws beheersen en de binnenlandse vleesconsumptie voor het zoveelste jaar op rij daalt? Dat moet de vraag geweest zijn die op de lippen brandde van elke aanwezige op de FEBEV-jaarvergadering. Voorzitter Philippe Van Damme legde meteen de vinger op de wonde: “De sector is voortdurend in beweging, en stilstaan is achteruitgaan.” Gedelegeerd bestuurder Michael Gore ging dieper in op de meest prangende dossiers.
8 juni 2017  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:40
Lees meer over:

Hoe kijk je als Federatie van het Belgisch Vlees (FEBEV) terug op een jaar waarin wanpraktijken in een slachthuis dagenlang het nieuws beheersen en de binnenlandse vleesconsumptie voor het zoveelste jaar op rij daalt? Dat moet de vraag geweest zijn die op de lippen brandde van elke aanwezige op de FEBEV-jaarvergadering. Voorzitter Philippe Van Damme legde meteen de vinger op de wonde: “De sector is voortdurend in beweging, en stilstaan is achteruitgaan.” Gedelegeerd bestuurder Michael Gore ging dieper in op de meest prangende dossiers.

Heel wat om over te praten op de jaarvergadering van sectororganisatie FEBEV, want naast de glyfosaatheisa was het niet zelden vlees dat de gemoederen hoog deed oplaaien en voor verhitte discussies over voeding en landbouw zorgde de voorbije twaalf maanden. Neem nu Dagen Zonder Vlees, de sensibiliseringscampagne die onomwonden pleit voor een vermindering van de vleesconsumptie en daarin gesterkt wordt door het jaar na jaar dalende vleesverbruik in Belgische huiskamers en restaurants. “De markt en houding tegenover vlees is veranderd en is in aanhoudende verandering”, observeert FEBEV-voorzitter Philippe Van Damme.

“In België kampen we al een aantal jaar met een dalende consumptie per capita”, zo gaat hij verder. “Dit is geen goed nieuws voor de operatoren uit de sector, doorheen de volledige keten, maar het is een feit dat niet te ontkennen valt, en dat naar alle waarschijnlijkheid onomkeerbaar is. Het maakt er de uitdaging voor onze sector alleen maar groter op.” Toch toont Van Damme zich strijdlustig: “Hoewel er in de sector ook fouten gemaakt werden, heeft vleesconsumptie algemeen beschouwd de tijdsgeest tegen: een aantal actiegroepen en dierenrechtenorganisaties spelen hier handig op in, en slagen erin bepaalde politici en media de vleessector negatief te laten ‘framen’.”

Naast het hellend vlak dat de dalende vleesconsumptie is, blijft ook de competitiviteit van de vleessector een blijvende bezorgdheid. “De hoge loonkosten en strenge reglementering in België zorgen er voor dat onze competitiviteit binnen de Europese Unie onder druk staat”, klaagt Van Damme. “Ondanks het ingevoerde minimumloon in Duitsland blijven we kampen met een sterk concurrentieel nadeel ten opzichte van onze buurlanden. De grote prijsdruk op de internationale markten zal er voor zorgen dat we nog performanter zullen moeten produceren, zonder daarbij in te boeten op kwaliteit.”

Het thema dierenwelzijn is voor de koepelorganisatie van de vleesindustrie deze dagen meer dan ooit onvermijdelijk na de mediastorm die de undercoverbeelden uit een slachthuis in Tielt veroorzaakten. “Datzelfde productieproces moet tegelijkertijd transparanter”, beseft Van Damme. “Zeg wat je doet en doe wat je zegt moet de basis zijn van een sterke reputatie. Het akkoord dat we na het incident in Tielt sloten met de Vlaamse regering moet daartoe bijdragen. Als sectororganisatie proberen we alvast zo proactief mogelijk onze verantwoordelijkheid op te nemen.”

Hoe die verantwoordelijkheid zich vertaalt in concrete stappen wordt onder meer uitgedacht in de verschillende thematische werkgroepen waarover FEBEV in de schoot van de organisatie beschikt. Die zogenaamde clusters zijn: autocontrole, export, ketenaanpak, sociaal en duurzaamheid. Wat export betreft kon gedelegeerd bestuurder Michael Gore fier uitpakken met enkele constructieve ontmoetingen met onder meer diplomatieke delegaties uit Vietnam en Thailand voor rundvlees en met Taiwan, China, Cuba en Mexico voor varkensvlees. “De inspectiebezoeken zijn mede dankzij de goede input van onze bedrijven en het FAVV uiterst positief verlopen”, aldus Gore, die de ambitie van de rundveesector uitsprak om de dalende vleesconsumptie te compenseren met een verhoogde export, in de voetsporen van de varkenssector.

Ook Gore zag zich genoodzaakt terug te komen op de heisa waarmee de sector geconfronteerd werd de afgelopen maanden. “Als vleessector moeten we garanties proberen geven, ook al weten we dat absolute garanties niet bestaan”, zo klinkt het. Verder denkt Gore dat de consument te ver van het slacht- en verwerkingsproces staat en dat er dringend meer werk moet gemaakt worden van transparantie. “We moeten vlees positief onder de aandacht brengen”, aldus Gore. Over het varkensakkoord moest Gore nog van het hart dat het Ketenoverleg op de juiste manier gebruikt moet worden. “En ik vrees dat dat in dit dossier niet het geval was”, aldus nog Gore. 

Beeld: Belgian Pork Group

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek