Opmars ESBL-bacterie stelt antibiotica-aanpak in vraag

Uit een rapport van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) over ziektekiemen in rust- en verzorgingstehuizen blijkt dat we de strijd tegen de superbacterie MRSA aan het winnen zijn, maar dat ESBL, een enzym dat andere bacteriën resistent maakt tegen antibiotica, oprukt. Zo is het aantal rusthuisbewoners dat besmet is met ESBL tussen 2011 en 2015 gestegen van zes naar elf procent. Volgens een aantal dierenartsensyndicaten is die opmars onder meer een gevolg van de manier waarop ons land het antibioticagebruik in de veehouderij aanpakt.
19 juni 2017  – Laatste update 14 september 2020 14:40

Uit een rapport van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) over ziektekiemen in rust- en verzorgingstehuizen blijkt dat we de strijd tegen de superbacterie MRSA aan het winnen zijn, maar dat ESBL, een enzym dat andere bacteriën resistent maakt tegen antibiotica, oprukt. Zo is het aantal rusthuisbewoners dat besmet is met ESBL tussen 2011 en 2015 gestegen van zes naar elf procent. Volgens een aantal dierenartsensyndicaten is die opmars onder meer een gevolg van de manier waarop ons land het antibioticagebruik in de veehouderij aanpakt.

Hoewel het WIV-rapport al van juli vorig jaar dateert, pakken De Morgen en Het Laatste Nieuws pas vandaag uit met de cijfers uit het rapport. Daaruit blijkt dat de superbacterie MRSA, die vooral voorkomt op de huid en in de luchtwegen, tussen 2011 en 2015 is teruggedrongen van 12,2 naar 9 procent. Het aantal dragers van ESBL, een superbacterie die vooral in de darmen voorkomt, is evenwel toegenomen van 6,2 tot 11,3 procent. Dat maakt dat één op tien rusthuisbewoners drager is van de ESBL-bacterie. Bij gezonde mensen zijn superbacteriën onschuldig, maar bij zieken kan het wel tot problemen leiden. Zo is ESBL een enzym dat andere bacteriën resistent maakt tegen antibiotica en op die manier kan een simpele infectie levensbedreigend worden. Naar schatting sterven jaarlijks meer dan 3.000 Belgen ten gevolgen van zo’n infectie. Een deel daarvan is te wijten aan ESBL.

Volgens het rapport zijn er rusthuizen waar 45 procent van de bewoners besmet is met ESBL, andere rusthuizen tellen geen besmette patiënten. Een mogelijke verklaring voor het grote verschil tussen sommige rust- en verzorgingstehuizen is een gebrekkige hygiëne of het toedienen van antibiotica. “In het algemeen is de persoonlijke hygiëne de laatste jaren fel verbeterd”, zegt Boudewijn Catry van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid. “Maar vooral op vlak van hygiëne bij de stoelgang zijn nog verbeteringen nodig en ook het gebruik van antibiotica moet nog veel minder.”

Hoewel er volgens Catry geen rechtstreekse link is met het eten van vlees dat tijdens de kweek behandeld werd met antibiotica, wordt in de richting van veeteelt gekeken. “Er is een connectie tussen de ESBL-bacterie en de veeteelt”, bevestigt professor Herman Goossens, expert in antibioticaresistentie. “Ze gedijt goed bij kippen, varkens en runderen. Stuk voor stuk dieren die tijdens hun korte leven intensief behandeld worden met antibiotica. Het is cruciaal dat we daar blijven inzetten op een verlaging van het antibioticagebruik.” In de kranten worden echter vraagtekens geplaatst bij de Belgische aanpak van antibioticareductie in de veehouderij.

In Nederland is men erin geslaagd om het gebruik van antibiotica door veehouders op vier jaar tijd terug te dringen met meer dan 50 procent. In ons land bedraagt de reductie 15 à 20 procent. Volgens dierenarts Ludo Muls van het dierenartsensyndicaat IVDB heeft dat alles te maken met de aanpak die ons land hanteert. “AMCRA, Antimicrobial Consumption and Resistance in Animals, is een vzw die van de overheid het monopolie heeft gekregen in de strijd tegen antibiotica. Deze privé-organisatie is opgestart op vraag van Boerenbond, de farmaceutische sector en de veevoederfabrikanten”, klinkt het. En volgens hem wringt daar het schoentje. “Het is alsof de overheid de drugsproblematiek zou overlaten aan dealers en verslaafden.”

“AMCRA werkt volgens het bottom-up principe”, verdedigt Jeroen Dewulf, professor aan de UGent en voorzitter van AMCRA, de vzw. “We wilden een organisatie die echt impact kon hebben op het terrein. Niet bevolkt dus met wetenschappers, maar met experts uit de sector. Alle betrokken partijen discussiëren onder elkaar en adviseren dan de overheid. Zo krijg je een breed draagvlak voor nieuwe wetgeving.” De AMCRA-adviezen worden in veel gevallen integraal overgenomen door de overheid. In Nederland werkt men omgekeerd. Daar stelt de overheid maatregelen voor en mag de sector opmerkingen geven.”

Over de verschillen tussen de Belgische aanpak en de Nederlandse is in ons land al meermaals gedebatteerd. Tijdens de jaarvergadering van BEMEFA in 2016 zei Hetty van Beers, directeur van de Autoriteit Diergeneesmiddelen, daar nog over: “Het is geen goed idee om het Nederlandse protocol simpelweg te kopiëren naar België, daarvoor zijn de cultuurverschillen tussen beiden landen te groot. “Elk land moet de aanpak kiezen die past bij de cultuur van het land”, beweert ze. Van Heers gaf de betrokkenen nog een bijkomend advies mee: “Rol het plan dat je hebt opgesteld heel duidelijk uit en communiceer erover. Verander in elk geval de spelregels niet halverwege, anders dreigt de sector af te haken.”

Een aantal veeartssyndicaten zijn het nochtans niet eens met het overlegmodel van AMCRA. “Wij worden in de werkgroepen voortdurend opzijgeschoven door de landbouwlobby”, zegt veearts Bill Vandaele van het Waalse syndicaat UPV. De dierenartsen voelen zich naar eigen zeggen gemarginaliseerd in het debat over antibioticagebruik. “Terwijl wij net meer oog voor het algemene belang hebben dan pakweg de farma-industrie of Boerenbond. Zo trok een grote dierenkliniek recent nog naar de Raad van State omdat het vindt dat dierenartsen die een fout begaan steevast repressief worden behandeld, terwijl de boeren gespaard blijven. “De overheid heeft geen oog voor ons. Bepaalde lobbygroepen overheersen alles”, luidt het.

AMCRA-voorzitter Jeroen Dewulf verdedigt zich tegen de kritiek door naar de cijfers te wijzen. “Het antibioticagebruik is sinds 2011 met 16 procent verlaagd en in veevoeder wordt 35 procent minder antibiotica gebruikt. Ook het gebruik van kritische antibiotica, soorten die heel belangrijk zijn voor de humane geneeskunde, hebben we dit jaar fors zien dalen dankzij een nieuwe wet die er gekomen is met de hulp van AMCRA. Eind deze maand presenteren we nieuwe cijfers en die zijn uitstekend”, stelt hij. Dewulf geeft wel toe dat het trager gaat dan in Nederland. “Een big bang kan je sowieso niet verwachten vanuit de sector. Als de overheid dat had gewild, dan had ze dat kunnen doen. Maar ze heeft een andere keuze gemaakt en die aanpak werkt.”

In het parlement gaf federaal minister van Landbouw Willy Borsus ook al toe dat de strijd tegen antibiotica traag verloopt. Niettemin blijft hij achter de gekozen weg staan. Volgens oppositiepartij Groen hoeft dat niet te verbazen. "We zijn in ons land zeer goed in aarzelende politiek", zegt Kamerlid Anne Dedry. "In Nederland heeft men meer lef. Hier blazen we voortdurend warm en koud tegelijk. Het ontbreekt aan moed. Terwijl het voor iedereen duidelijk zou moeten zijn dat gelobby op kap van de volksgezondheid onaanvaardbaar is."

Meer informatie: Nationale prevalentiestudie van dragerschap van resistente bacteriën bij bewoners van woonzorgcentra in België in 2015

Bron: Het Laatste Nieuws/De Morgen/eigen verslaggeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek