Slachthuizen transparanter over uitbetaling vleesvee

Garanties voor het correct wegen van runderkarkassen, een plan tot introductie van camera’s voor automatische karkasclassificatie, een modelfactuur voor de uitbetaling aan vleesveehouders, … De landbouworganisaties hebben redenen om tevreden te zijn over het interprofessioneel akkoord dat ze afsloten met slachthuizenfederatie FEBEV. Meer transparantie is het doel, wat moet resulteren in een producentenprijs die de waarde van een runderkarkas correct weerspiegelt. Werden boeren dan niet eerlijk vergoed? Feit is dat ABS en Boerenbond al jaren op dezelfde nagel kloppen, en er vorig jaar medewerkers van slachthuizen geschorst zijn door de overheid wegens fouten bij de karkasclassificatie. Toch is dit akkoord niet het boetekleed van FEBEV.
11 januari 2018  – Laatste update 4 april 2020 15:38

Garanties voor het correct wegen van runderkarkassen, een plan tot introductie van camera’s voor automatische karkasclassificatie, een modelfactuur voor de uitbetaling aan vleesveehouders, … De landbouworganisaties hebben redenen om tevreden te zijn over het interprofessioneel akkoord dat ze afsloten met slachthuizenfederatie FEBEV. Meer transparantie is het doel, wat moet resulteren in een producentenprijs die de waarde van een runderkarkas correct weerspiegelt. Werden boeren dan niet eerlijk vergoed? Feit is dat ABS en Boerenbond al jaren op dezelfde nagel kloppen, en er vorig jaar medewerkers van slachthuizen geschorst zijn door de overheid wegens fouten bij de karkasclassificatie. Toch is dit akkoord niet het boetekleed van FEBEV.

In het kantoor van de Federatie van het Belgisch Vlees (FEBEV) werd donderdagavond een interprofessioneel akkoord ondertekend dat voor meer transparantie moet zorgen bij het slachten van runderen. De discussies tussen de landbouworganisaties en de slachthuizen zijn bijna zo oud als de misnoegde verhalen over het onderwaarderen van karkassen en het onterecht wegsnijden van vet en vlees (b.v. litteken van een keizersnede) alvorens te wegen. Uiteindelijk bleek de diepe crisis in de vleesveehouderij de gangmaker voor het overleg, dat na veel geduld beklonken werd met een akkoord.

“Het is een werk van lange adem en van vallen en opstaan geweest”, geeft FEBEV-bestuurder Michael Gore toe. “Dit is geen eindpunt, maar een startpunt voor het verder faciliteren van transparantie in de keten en voor het versterken van het interprofessioneel overleg.” Dat overleg is nodig om “wederzijdse frustraties” uit de wereld te helpen. De slachthuizen hebben met andere woorden ook hun bezwaren en bezorgdheden op tafel gegooid. Vanwege de recente problemen in Tielt en Izegem heeft dierenwelzijn voor hen de hoogste prioriteit. Daarom zien de slachthuizen niet graag vuile koeien en stieren toekomen, de dierenwelzijnsinspectie evenmin trouwens. Een vuile vacht kan erop wijzen dat de eigenaar te weinig stro gebruikte in de stal zodat de dieren in hun eigen mest lagen. Gore heeft het meer in het algemeen over “de receptievoorwaarden” die goed doorgesproken moeten worden.

Versta dit niet verkeerd want Michael Gore vindt dat het interprofessioneel overleg net minder beschuldigend en meer faciliterend moet werken. Dat kan bijvoorbeeld resulteren in een brede samenwerking die de export van Belgisch rundvlees een boost geeft want nu blijft het bij halfslachtige pogingen. Een groter exportvolume zou de druk van de ketel (de nationale rundvleesmarkt, nvdr.) kunnen halen. “De slachthuizen zetten graag stappen vooruit op vlak van export. VLAM voerde reeds marktanalyses uit en een taskforce is opgericht. Een aantal vragen dienen nog beantwoord te worden”, zegt Gore, en hij somt de voornaamste op: “Wat zijn de sterke punten van Belgisch rundvlees? En waarmee maakt Belgisch wit-blauw het verschil met het ‘commodity-rundvlees’ dat goedkoop wordt aangeboden op de wereldmarkt, en met het duurdere rundvlees dat de buurlanden er kunnen slijten.”

Terug naar de inhoud van het interprofessioneel akkoord dat vooral moet tegemoetkomen aan de eisen van de primaire producenten. De afspraak is dat via het autocontrolesysteem van de slachthuizen werk wordt gemaakt van een betere en meer gestructureerde opvolging van de karkasclassificatie, en van een correcte weging. Ook is er het engagement om naar analogie met Vlaanderen in alle Waalse slachthuizen een afgeschermd registratiesysteem (blackbox) te plaatsen. De betaling van runderkarkassen moet gebeuren op basis van een correcte SEUROP-karkasclassificatie, waarbij elke letter staat voor een bepaalde karkaskwaliteit en de best bevleesde dikbillen in de categorie ‘S’ thuishoren.

Verder is afgesproken om een plan van aanpak uit te werken voor het installeren van camera’s in de slachthuizen zodat de karkasclassificatie geautomatiseerd kan worden. Nu wordt gerekend op het oog van de meester, maar een mens is nooit zonder fouten. Over de aanbiedingsvorm is afgesproken dat ‘0’ de standaard is, wat wil zeggen dat het karkas bij weging ontdaan mag zijn van kop, huid, ingewanden en uitwendig vet maar onder meer de staart inbegrepen is. Bij afwijkingen op aanbiedingsvorm 0 moet het karkasgewicht correct omgerekend worden.

Voor de uitbetaling van slachtrunderen is een modelfactuur opgesteld, waar de producent eenvoudig wijs uit geraakt. De factuur vermeldt duidelijk het uitbetaalde gewicht, de prijs per kilo en de door de producent verschuldigde bijdragen (promotie door VLAM, kosten voor het residu-onderzoek, enz.). Bovendien engageren de slachthuizen zich tot een betaling binnen de 14 kalenderdagen, wat tegemoetkomt aan de financiële moeilijkheden in de vleesveehouderij.

Het interprofessioneel akkoord stelt een handhavingsreglement in het vooruitzicht, dat het aantal non-conformiteiten in slachthuizen moet verkleinen en ze zo mogelijk allemaal de wereld uithelpt. Er wordt een meldpunt en geschillencomissie opgezet waar veehouders (vermoedens van) onregelmatigheden kunnen melden. Deze initiatieven komen bovenop de controle die van de overheid uitgaat, zowel van de federale als de regionale overheid. De dierenartsen die op de slachtvloer een oogje in het zeil houden in opdracht van het Voedselagentschap zien namelijk toe op de afsnijdingen aan karkassen. Ambtenaren van de Vlaamse overheid, meer bepaald van het Departement Landbouw en Visserij, controleren dan weer de karkasclassificatie.

Het sectoraal overeengekomen handhavingsluik wijst erop dat het alle marktpartijen menens is. FEBEV met het engagement namens de slachthuizen, de landbouworganisaties (ABS en Boerenbond in Vlaanderen en FWA in Wallonië) met de resultaten die ze daarvan verwachten. “Het akkoord is een goed teken, maar eigenlijk gaat het om het effect dat we daarvan in de praktijk willen zien”, zo verwoordt Boerenbondvoorzitter Sonja De Becker het. “Eigenlijk vragen we niet veel, alleen dat er correct gewerkt wordt door de runderslachthuizen. We hopen dat het overleg in de schoot van IVB bij machte is om de controle te versterken”, zegt ABS-voorzitter Hendrik Vandamme, voor wie de eerste tekstversies van het akkoord te vrijblijvend waren. Per runderkarkas staan er tientallen euro’s op het spel zodat het Algemeen Boerensyndicaat het onderhandelingsspel hard speelde.

Dat ABS en Boerenbond hun tanden lieten zien, doet geen afbreuk aan hun constructieve opstelling. Anders kan je niet verklaren waarom ze de discussie over de omrekening van warm naar koud karkasgewicht onbeslecht laten. Europa laat er namelijk weinig twijfel over bestaan dat het verschil tussen beiden niet meer dan twee procent mag bedragen, maar de slachthuizen hebben het zo niet begrepen. Ze verwijzen naar de specifieke eigenschappen van een wit-blauw rund om een grotere aftrek te rechtvaardigen, en spreken van ‘commercieel geslacht gewicht’ in plaats van ‘koud karkasgewicht’ om aan de regel te ontsnappen. In plaats van dit door een rechtbank te laten uitklaren, oefenen de landbouworganisaties geduld uit in de wetenschap dat er schot in de zaak zit.

In die zin bestempelt Hendrik Vandamme het interprofessioneel akkoord als “een tussenstap op weg naar een correcte vergoeding van runderen door de slachthuizen”. En geeft Sonja De Becker aan dat idealiter alles in één keer opgelost was, maar de belangrijke stap voorwaarts haar tevreden stelt. “Over de resterende punten gaan we verder in dialoog.” Na de ondertekening van het akkoord werden de glazen geheven op wat er reeds gerealiseerd is, en dat is inderdaad niet min “want heel wat andere sectoren zullen de vleesveehouders benijden om een betalingstermijn van 14 dagen”, zo benadrukt De Becker.

Hou VILT.be in de gaten voor meer details over de inhoud van het akkoord.

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek