Zit ons voedsel vol schadelijke pesticidenresiduen?

Wat is de impact van gewasbeschermingsmiddelen op de gezondheid? Deze discussie wordt op het scherpst van de snede gevoerd, jammer genoeg niet altijd op basis van juiste feiten, cijfers en argumenten. Veldverkenners onderzocht daarom in zijn meest recente publicatie wat er van waar is.
30 oktober 2019  – Laatste update 14 september 2020 16:05
Lees meer over:
Wat is de impact van gewasbeschermingsmiddelen op de gezondheid? Deze discussie wordt op het scherpst van de snede gevoerd, jammer genoeg niet altijd op basis van juiste feiten, cijfers en argumenten. Veldverkenners onderzocht daarom in zijn meest recente publicatie wat er van waar is.  
Gewasbeschermingsmiddelen vermijden oogstverliezen als gevolg van schimmels, ziekten, plagen en onkruid. Doordat ze als verdelging of preventie van levende organismen werken, kunnen ze in te grote hoeveelheden ook een negatief effect hebben op de menselijke gezondheid. Daarom zijn gepaste veiligheidsmaatregelen en een secure opvolging daarvan noodzakelijk.
 
Even een bemerking: net als natuurlijke producten kunnen chemische producten ofwel heel goed voor je zijn – denk aan medicijnen – ofwel heel slecht, en alles daartussen. Of iets schadelijk is of niet, kan zelfs afhangen van de dosis. De hoeveelheid bepaalt dan het verschil tussen een gif of een medicijn. Het klopt dat we dagelijks worden blootgesteld aan resten van chemische producten: onder meer op kleding, servies, in tandpasta en op onze groenten en fruit. We moeten daarover niet in paniek slaan, maar we moeten er wel over waken dat we, zowel op korte als op langere termijn, alleen onschadelijke dosissen binnenkrijgen.
 
Als Europese consument is het risico dat je te veel gewasbeschermingsmiddelen inneemt via voeding erg klein. De Europese Unie heeft strikte toelatings- en monitoringsprogramma’s. Die geven aan dat in 97 procent van de onderzochte stalen de Maximum Residu Limiet (MRL) niet wordt overschreden. Bij de 3 procent waar dat wel het geval was, gaat het vaak om ingevoerde producten van buiten Europa. Goed om weten: je wordt niet meteen ziek als je producten met een te hoge MRL opeet. Bij bijna alle overschrijdingen is de gevonden dosis veel lager dan wat volgens wetenschappers een gezondheidseffect kan hebben. Is er wel een mogelijke impact op de gezondheid, dan volgt een terugroepactie.
 
Een MRL wordt bepaald aan de hand van de maximale dosis die de landbouwer nodig heeft om efficiënt een plaag, onkruid of insecten te bestrijden. Die ligt altijd ver onder de normen die aangeven vanaf wanneer een stof een gezondheidseffect kan hebben. Om je een idee te geven: als man van 68 kilogram moet je dagelijks 3.000 kroppen sla eten vooraleer de in de EU toegelaten maximale hoeveelheid residu op sla een aantoonbaar gezondheidseffect heeft. Een jongen van 18 kilogram zou elke dag 534 appels moeten eten. Ook citroenschijfjes in je drankjes vormen geen gevaar. Alleen al omdatdat schijfje zo’n klein deel van de citroen is, is de dosis waaraan je kan worden blootgesteld verwaarloosbaar.
 
Dat de Europese pesticidenwetgeving tot de strengste van de wereld behoort, wil niet zeggen dat ze niet voor verbetering vatbaar is. In januari 2019 keurde het Europees Parlement een aangepaste procedure voor de markttoelating van gewasbeschermingsmiddelen goed. Een vaak gehoorde kritiek was dat de industrie te zwaar woog op het wetenschappelijke proces. Met de nieuwe regeling komt er een grotere transparantie tijdens de evaluatieprocedure van actieve substanties en producten. Zo worden alle studies die de Europese voedselveiligheidsautoriteit EFSA bij de beoordeling van gewasbeschermingsmiddelen gebruikt voortaan publiek gemaakt.
 
Een van de oorzaken voor de wetswijziging was de glyfosaatdiscussie die in 2015 losbarstte. Die begon nadat het Internationaal Agentschap voor Kankeronderzoek (IARC) de stof als ‘waarschijnlijk kankerverwekkend’ had geclassificeerd. De nuance dat het IARC alleen onderzocht of glyfosaat potentieel gevaarlijk is, en niet of een normaal gebruik ervan gevaarlijk is, ging daarbij verloren. Het IARC plaatste glyfosaat in de categorie 2A, waartoe ook nachtwerk, rood vlees en barbecueën behoren. Zonlicht is overigens met zekerheid kankerverwekkend en valt daarom volgens het IARC in de strengere categorie 1. Dat wil niet zeggen dat we niet meer buiten mogen komen, wel dat we voorzichtig moeten zijn op zonnige dagen en ons moeten beschermen met zonnecrème.
 
De gewasbeschermingsmiddelen die vandaag worden ingezet in Europa zijn getest en goedgekeurd. Hun vergunning geldt telkens voor 10 jaar. Daarna wordt de veiligheid van het middel herbekeken op basis van nieuwe onderzoeken. Het systeem is flexibel. Als een bron opduikt die meer nefaste gezondheids- of milieueffecten vindt dan voorheen gedacht, wordt de erkenning van het middel ingetrokken.
 
Daarnaast brengen onderzoeksprojecten het cocktaileffect in kaart. Het risico bestaat dat je langs verschillende wegen verschillende stoffen binnenkrijgt die samen een cumulatief effect hebben. Maar dat is nog voor geen enkele combinatie aangetoond. Uit voorzorg blijven onderzoekers wel de mogelijke impact van gecombineerde dosissen opvolgen op het menselijke leverstelsel, het skelet en de klieren.
 
Elk jaar laten Europese overheden meer dan 80.000 voedingsstalen onderzoeken. Daarbovenop nemen ook winkelketens, markten en veilingen heel wat stalen. In België staat het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV) in voor de controles op pesticidenresiduen. In 2017 voerden ze er 4.244 uit en 98,1 procent van de stalen waren conform de normen. De vastgestelde overschrijdingen kwamen voornamelijk van levensmiddelen uit Marokko, Oeganda en Thailand.
 
Is biologisch voedsel dan niet veiliger dan gangbare groenten en fruit? Er zijn heel wat redenen om bioproducten te eten, maar er is geen wetenschappelijk bewijs dat ze veiliger zijn. De biosector kiest voor natuurlijke stoffen omdat hij meer belanghecht aan het voorzorgsprincipe. Zolang niet alles over een stof, zoals de langetermijneffecten op natuur en gezondheid, gekend is, zal de biosector ze weren.
 
Daarom gebruiken bioboeren geen enkel synthetisch bestrijdingsmiddel. Natuurlijke pesticiden zoals kopersulfaat of pyrethrine mogen wel. Omdat ook die giftig kunnen zijn, gelden daarvoor strikte voorschriften.
 
Er is geen wetenschappelijk bewijs dat de lage dosissen van pesticidenresiduen die je kunt vinden op groenten en fruit in Europese winkelrekken een negatief gezondheidseffect op de mens hebben. De Europese overheid legt strenge toelatingsnormen, -procedures en controles op. Ook voor een mogelijk cocktaileffect, de impact die verschillende stoffen gaandeweg samen kunnen hebben, vinden wetenschappers vooralsnog geen bewijs.
 
Benieuwd naar nog meer feiten en fabels over landbouw en voeding? Lees er alles over in het meest recente Veldverkennersboekje.

Bron: Veldverkenners

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek